Oog

Het oog
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Het oog

Slide 1 - Diapositive

Het oog

Doel:

Je moet de onderdelen, de kenmerken en functies kunnen noemen van het oog.


Slide 2 - Diapositive

Het Oog

Slide 3 - Diapositive

Werking oog

Slide 4 - Diapositive

HARDE OOGVLIES
HOORNVLIES
1
2
3
4
5

Slide 5 - Diapositive

Het oog

Slide 6 - Diapositive

zintuig:
prikkel: 
licht
oog

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Traanklier en Traanbuis

Slide 9 - Diapositive

Wenkbrauwen en wimpers

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

licht in het oog 

Slide 13 - Diapositive

https://www.bioplek.org/animaties/oog/oog.html
https://schooltv.nl/video/ogen-hoe-ziet-een-oog/#q=ogen

Slide 14 - Diapositive

sleepoefening
https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Oog/oog.htm

oefen de onderdelen oog nog een keer met de oefening van Biologiepagina.nl oog oefenen (link zoals hierboven)

Slide 15 - Diapositive

leerdoel §2
Je leert hoe je ogen zijn gebouwd, hoe je genoeg licht in je ogen krijgt, waardoor je scherp kunt zien en hoe je diepte kunt zien.

volgende les moet §2 af zijn!!

Slide 16 - Diapositive

Scherp zien
Accomoderen
De lens in het oog wordt boller om dichtbij scherp te zien.

De lens in het oog wordt platter om veraf scherp te zien.

Slide 17 - Diapositive

verschil in sterkte bolle lenzen

Slide 18 - Diapositive

 lenzen
Hoe sterker de lens hoe groter de convergerende of divergerende werking is.

Slide 19 - Diapositive

Meer weten over brillen!

Slide 20 - Diapositive

Een bril?
Korte oogbol = verziend = bolle lenzen bril (+)

Lange oogbol = bijziend = holle lenzen (-)

Slide 21 - Diapositive

Verziend en bijziend
  • Hoornvlies en ooglens breken licht
  • Bolle lenzen convergeren licht, holle lenzen divergeren licht

Slide 22 - Diapositive

Lenzen

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive


Welke situatie is hier van toepassing?
A
Verziend; een bril met bolle lenzen nodig
B
Verziend; een bril met holle lenzen nodig
C
Bijziend; een bril met bolle lenzen nodig
D
Bijziend; een bril met holle lenzen nodig

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

Correctie van het oog
Correctie van het oog met behulp van een lens:

Slide 27 - Diapositive