K3 trap 2

Wat betekent het begrip 'hoofdgedachte'?
1 / 34
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Wat betekent het begrip 'hoofdgedachte'?

Slide 1 - Question ouverte

Wat is een tegenstelling?
A
Warm en heet
B
Warm en koud
C
Politie en agent

Slide 2 - Quiz

Waar staat een opsomming?
A
Ik twijfel tussen A, B en C.
B
Ik vond geen enkele film leuk.
C
Een grote koffie, graag!

Slide 3 - Quiz

Ik had goed geleerd, maar ik vond de toets moeilijk.
Welk signaalwoord staat in deze zin?
A
Goed
B
Maar
C
Toets
D
Moeilijk

Slide 4 - Quiz

Ik ben gek op soep. Mijn broer daarentegen houdt er niet van.
Welk signaalwoord staat in deze zin?
A
Gek
B
Soep
C
Daarentegen
D
Niet

Slide 5 - Quiz

Er zijn heel veel landen die ik nog wil zien, zoals Cuba en Costa Rica.
Welke voorbeelden staan er in deze zin?

Slide 6 - Question ouverte

Er zijn heel veel landen die ik nog wil zien, zoals Cuba en Costa Rica.

Welk signaalwoord staat er in deze zin?

A
Zoals
B
Nog
C
Die
D
Landen

Slide 7 - Quiz

'Signaalwoorden' zijn woorden waaraan je voorbeelden, tegenstellingen, opsommingen of een oorzaak-gevolg herkent. 

Het zijn zelf géén voorbeelden of tegenstellingen, maar ze geven je een signaaltje waardoor je weet dat er een voorbeeld of een tegenstelling in de zin staat.



Slide 8 - Diapositive


Ik ben in heel veel vakken goed, bijvoorbeeld in NaSk.
    (het voorbeeld is NaSk)
Je lacht wel lief, maar je bent echt gemeen.
    (de tegenstelling is lief-gemeen)
Lokaal 802 is vaak koud en daarom vind ik het niet fijn.
    (de oorzaak is de kou, het gevolg is het niet fijn vinden)  
Ten eerste heb ik geen zin. Daarnaast kan ik dan niet.
     (de opsomming is: ik heb geen zin, ik kan niet)

Slide 9 - Diapositive

Wat is het signaalwoord voor oorzaak-gevolg?

Doordat ik mijn telefoon van de trap liet vallen, is het scherm gebarsten.

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het signaalwoord voor oorzaak-gevolg?
Je moet je kamer nu echt gaan schoonmaken, want ik zag er vanmorgen een rat.

Slide 11 - Question ouverte

Wat is het signaalwoord voor een tegenstelling?

John wilde graag komen. Hij was echter verhinderd.

Slide 12 - Question ouverte

Welke tegenstelling zit er in de zin?
Het is hier niet licht, maar donker.

Slide 13 - Question ouverte

Welke tegenstelling zit er in de zin?

Dat is oude wijn in nieuwe zakken.

Slide 14 - Question ouverte

Welke opsomming zit er in de zin?

Als je je netjes gedraagt en je werk af hebt, dan hoef je om half vier niet terug te komen.

Slide 15 - Question ouverte

Welk signaalwoord zit er in de zin?

Als je je netjes gedraagt en je werk af hebt, dan hoef je om half vier niet terug te komen.

Slide 16 - Question ouverte

Welke voorbeelden zitten er in de zin?

Er zijn een paar apps die ik vaak gebruik. Zo zit ik graag op TikTok en Insta.

Slide 17 - Question ouverte

Welk signaalwoord zit er in de zin?

Er zijn een paar apps die ik vaak gebruik. Zo zit ik graag op TikTok en Insta.

Slide 18 - Question ouverte

Welke tegenstelling zit er in de zin?

Vin is heel onaardig, maar zijn broer is erg aimabel.

Slide 19 - Question ouverte

Doordat ik mijn telefoon van de trap liet vallen, is het scherm gebarsten.

Wat is de oorzaak in deze zin?

Slide 20 - Question ouverte

Doordat ik mijn telefoon van de trap liet vallen, is het scherm gebarsten.

Wat is het gevolg in deze zin?

Slide 21 - Question ouverte

Je moet je kamer nu echt gaan schoonmaken, want ik zag er vanmorgen een rat.

Wat is de oorzaak in deze zin?

Slide 22 - Question ouverte

Je moet je kamer nu echt gaan schoonmaken, want ik zag er vanmorgen een rat.

Wat is het gevolg in deze zin?

Slide 23 - Question ouverte

Nu volgt een aantal uitspraken. Geef d.m.v. de smileys aan of jij het ermee eens bent of niet.

Slide 24 - Diapositive

Ik begrijp wat tegenstellingen zijn.
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Sondage

Ik begrijp wat oorzaak-gevolg is.
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage

Ik begrijp wat voorbeelden zijn.
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Sondage

Ik begrijp wat een opsomming is.
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Sondage

Ik ken een aantal signaalwoorden voor voorbeelden.
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage

Ik ken een aantal signaalwoorden voor oorzaak-gevolg.
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Sondage

Ik ken een aantal signaalwoorden voor tegenstellingen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Sondage

Ik ken een aantal signaalwoorden voor opsomming.
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Sondage

Heb je nog een vraag?

Slide 33 - Carte mentale

Je bent nu klaar met deze LessonUp.

Slide 34 - Diapositive