V3_Uitdrukkingen

Teks
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 8 min

Éléments de cette leçon

Teks

Slide 1 - Diapositive

Spreekwoorden, zegswijzen en gezegden
Spreekwoorden zijn vaste, hele zinnen. Zegswijzen zijn korte, vaste woordgroepen met een werkwoord. Gezegden zijn korte, vaste woordgroepen zonder werkwoord. 

Slide 2 - Diapositive

duidelijk zeggen wat er fout gaat en wie verantwoordelijk is
Genoeg geld verdiend hebben voor de rest van je leven
Moeilijk doen over klein dingen. 
Bij een conflict beide partijen geen pijn doen
Op alle slakken zout leggen
Zijn schaapjes op het droge hebben
De kool en de geit sparen
Man en paard noemen

Slide 3 - Question de remorquage

met angst en ......

Slide 4 - Question ouverte

Wat is de betekenis van:
naar eer en geweten
A
door en door
B
oprecht
C
verschil tussen goed en kwaad weten
D
serieus

Slide 5 - Quiz

Wat is de betekenis van:
dubbel en dwars
A
krachtig
B
ruimschoots; meer dan
C
voor het kiezen
D
onmiddellijk

Slide 6 - Quiz

1. Vul de juiste woorden in bij de uitdrukking
keur
meug
stikken
wetens
Slikken of ...
tegen heug en ...
willens en ....
te kust en te ...

Slide 7 - Question de remorquage

Wat is de betekenis van:
de tering naar de nering zetten
A
alles op alles zetten om iets voor elkaar te krijgen
B
veel ervaring hebben in in het werk dat je doet
C
een lastige kwestie aankarten
D
leven met de middelen die men heeft

Slide 8 - Quiz

Vul het juiste woord in:
voor galg en ...

Slide 9 - Question ouverte

Wat is de betekenis van gepokt en gemazeld?
A
zeer ervaren
B
erg bang
C
vaak ziek zijn
D
kinderlijk

Slide 10 - Quiz

Vul het juiste woord in:
buigen of ....

Slide 11 - Question ouverte

Vul het juiste woord in:
met hand en .... verzetten

Slide 12 - Question ouverte

vul het juiste woord in:
alles op haren en ... zetten

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de betekenis van:
een rib uit mijn lijf
A
met geld smijten
B
een grote financiële uitgave
C
de moed verliezen
D
ertussenuit knijpen

Slide 14 - Quiz

Wat is de betekenis van:
tegen de borst stuiten
A
iemand beschermen
B
iets toezeggen
C
ergens een afkeer van hebben
D
het iemand moeilijk maken

Slide 15 - Quiz


Je wilt toch weten wat voor vlees je in de.....
A
kist hebt
B
kuip hebt
C
tas hebt
D
kast hebt

Slide 16 - Quiz


Twee handen op één..
A
buik
B
schouder
C
pruik
D
tafel

Slide 17 - Quiz


Dweilen met de kraan open.
Betekenis?
A
Werk verrichten zonder succes.
B
Het niet meer zien zitten.
C
Altijd maar bezig zijn.
D

Slide 18 - Quiz


Slapen als een..
A
marmot
B
vos
C
beer
D
neushoorn

Slide 19 - Quiz


Zo arm als een..
A
rat
B
luis
C
dode muis
D
kerkrat

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Vidéo