vwo-C.5-§8 Telwoord

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive



Wat gaan we doen vandaag?

timer
10:00
Doel van de les
Ca. 15 minuten stil lezen
Huiswerk bespreken
Start nieuw onderwerp

Aan het werk
 

Telefoon in de kluis? Jas over de stoel,IPad in de tas

Slide 2 - Diapositive

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Oftewel, wat is het doel van deze les?

Na deze les kun je bepaalde en onbepaalde hoofd- en rangtelwoorden herkennen


Slide 3 - Diapositive

Cursus 7-§ 13-Werkwoordsvormen en wwtijden
Bekijk de volgende zin:
– In de eerste pauze at Yessin drie boterhammen en wat druiven.
In deze zin zijn de vetgedrukte woorden telwoorden. Er zijn vier soorten telwoorden. Ze geven een hoeveelheid of een volgorde (een plaats in een reeks) aan.

Slide 4 - Diapositive

Cursus 7-§ 13-Werkwoordsvormen en wwtijden
Zo vind je de vier soorten telwoorden

Een bepaald hoofdtelwoord (bep.hoofdtelw) noemt een precies aantal of een precieze hoeveelheid: dertien (13), een vijfde (1/5). Alleen bepaalde hoofdtelwoorden kun je vervangen door cijfers.

Een onbepaald hoofdtelwoord (onbep.hoofdtelw) noemt een onduidelijk aantal of een onduidelijke hoeveelheid: enkele, weinig.

Slide 5 - Diapositive

Cursus 7-§ 13-Werkwoordsvormen en wwtijden
Een bepaald rangtelwoord (bep.rangtelw) noemt een duidelijke plaats in een volgorde, in een rij: eerste, negende.

Een onbepaald rangtelwoord (onbep.rangtelw) noemt een onduidelijke plaats in een rij: middelste, laatste.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?


Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................

Slide 8 - Diapositive

§ 2 Tekstverbanden
Je gaat zo de opdrachten maken. Neem altijd oordopjes mee voor de online opdrachten.
Zet het iedere keer zo in je schrift:
cursus-C-paragraaf-§---bladzijde-blz.---opdracht-opdr.

Staat er: omcirkel, vul in, onderstreep of markeer, dan mag je het met potlood in je werkboek maken. 
Is dit niet het geval, dan maak je alles in je schrift!

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag

Slide 10 - Diapositive

Maken:
C.5-§8-
Grammatica woordsoorten
blz.220- opdr. 1 t/m 4


 alles in je schrift!

Slide 11 - Diapositive

vwo-C.5-§8 Telwoord

Slide 12 - Diapositive

vwo2- C.5-§6-aanwijzend, vragend en onbepaald vnw

Slide 13 - Diapositive