Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
WELCOME!
Slide 1 - Diapositive
TODAY
Continue studying new grammar
Practise
Slide 2 - Diapositive
COUNTABLES & UNCOUNTABLES
Slide 3 - Diapositive
COUNTABLES & UNCOUNTABLES
Zelfstandige naamwoorden (nouns) kunnen verdeeld worden in 2 groepen: countablesen uncountables.
De meeste countables zijn woorden voor dingen die je kunt tellen, zoals 'books', 'cars' of 'students', een countable kun je in het enkelvoud of meervoud zetten.
Slide 4 - Diapositive
COUNTABLES & UNCOUNTABLES
Zelfstandige naamwoorden (nouns) kunnen verdeeld worden in 2 groepen: countablesen uncountables.
De meeste uncountables zijn woorden voor dingen die je eigenlijk niet kunt tellen, zoals 'water', 'milk' of 'money'.
Slide 5 - Diapositive
COUNTABLES
meervoud
onregelmatige meervouden
enkelvoud en meervoud gelijk
Slide 6 - Diapositive
COUNTABLES 1: MEERVOUD
Het meervoud van een 'countable noun' eindigt meestal op '(e)s'
computer > computers
book > books
bus > buses/busses
Slide 7 - Diapositive
COUNTABLES 2: ONREG. MV
Bij sommige 'countable nouns' wijkt de meervoudsvorm af van de regel. Deze is onregelmatig.
-f(e) > ves (denk aan wife, wives - thief, thieves)
medeklinker + o > oes (denk aan: echo, echoes)
En overige meervoudsvormen die je moet leren.
Slide 8 - Diapositive
COUNTABLES 2: ONREG. MV
lady
ladies
goose
geese
half
halves
mouse
mice
shelf
shelves
louse
lice
crisis
crises
potato
potatoes
basis
bases
hero
heroes
foot
feet
(wo)man
(wo)men
tooth
teeth
child
children
Slide 9 - Diapositive
COUNTABLES 2: ONREG. MV
Maar let op!
piano > pianos
photo > photos
studio > studios
euro > euros
German > Germans
Slide 10 - Diapositive
COUNTABLES 3: EV = MV
De volgende 'nouns' kunnen ENKELVOUD of MEERVOUD zijn.
sheep
schaap
schapen
deer
hert
herten
aircraft
vliegtuig
vliegtuig
means
middel
middelen
barracks
kazerne
kazerne
Slide 11 - Diapositive
COUNTABLES 3: EV = MV
De volgende 'nouns' kunnen ENKELVOUD of MEERVOUD zijn.
headquarters
hoofdkwartier
series
serie
series
works
fabriek
fabrieken
Chinese
Chinees
Chinezen
Japanese
Japanner
Japanners
Slide 12 - Diapositive
COUNTABLES 3: EV = MV
De volgende 'nouns' kunnen ENKELVOUD of MEERVOUD zijn.
Deze moet je dus uit je hoofd leren
Portuguese
Portugees
Portugezen
Swiss
Zwitser
Zwitser
Slide 13 - Diapositive
COUNTABLES 3: EV = MV
Voorbeelden:
The sheep is/are grazing in the pasture.
Our headquarters is in London.
The barracks is/are near our home.
These Chinese work hard.
Those Swiss like cheese.
ev
mv
hier
this
these
daar
that
those
Slide 14 - Diapositive
UNCOUNTABLES
Wanneer een 'noun' niet iets tastbaars aangeeft, maar meer een eigenschap, een stof, een proces of een onderwerp, dan betreft het een 'uncountable noun'.
Slide 15 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
We need somebody with intelligence.
We nead bread
They talked about peace.
Slide 16 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
UNCOUNTABLES die COUNTABLE zijn in het Nederlands
UNCOUNTABLES die meestal in het MEERVOUD staan
BIJZONDERE GROEP (GELIJKE DELEN)
BIJVOEGLIJK NAAMWOORD als GROEP
GROUP NOUNS
GROUP NOUNS (+WW)
GROUP NOUNS die op meervoud lijken
Slide 17 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
1. Een aantal UNCOUNTABLES zijn COUNTABLE in het Nederlands
Deze groep (p.23) moet je goed kennen. In het Nederlands kunnen we er wel een getal voor zetten, in het Engels niet:
advice (advies)
furniture (meubelen)
news (nieuwsberichten)
Slide 18 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
2. Er zijn UNCOUNTABLES die MEESTAL in het MEERVOUD staan
Deze groep (p.24) moet je goed kennen. Hoewel ze niet telbaar zijn, worden ze wel behandeld als meervoud (zie werkwoordsvorm).
contents (inhoud): The contents of the letter were not disclosed.
customs (douane)
savings (spaargeld)
Slide 19 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
3. Bijzondere groep: woorden die uit twee min of meer gelijke delen bestaan (kledingstukken, werktuigen).
Deze groep (p.24) moet je goed kennen. Omdat ze uit twee delen bestaan (maar een geheel vormen) behandelen we ze als meervoud.
glasses (bril): She took off her glasses and put them in her bag.
scissors (schaar)
pants (broek)
Slide 20 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
4. Bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord om een hele groep aan te duiden
Deze groep (p.25) moet je goed kennen.
the blind (de blinden)
the rich (de rijken)
the poor ( de armen): The poor have nothing to eat.
Slide 21 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
5. 'Group nouns' komen alleen in het enkelvoud voor.
Deze groep (p.25) moet je goed kennen. Als de groep gezien wordt als bestaand uit verschillende personen dan staat het werkwoord in het meervoud; wordt de groep gezien als één geheel dan staat het werkwoord in het enkelvoud.
audience (toeschouwers)
government (regering)
Slide 22 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
6. 'Group nouns' waarbij het werkwoord altijd in het meervoud staat:
Deze groep (p.25) moet je goed kennen.
police (politie): The police are still on the lookout for him.
cattle (vee)
clergy (geestelijken)
gentry (adel)
Slide 23 - Diapositive
UNCOUNTABLE NOUNS
7. Sommige uncountables eindigen in 's'en lijken daarom op countables in het meervoud
Deze groep (p.26) moet je goed kennen.
politics (politiek)
economics (economie)
mathematics (wiskunde): Mathematics is a difficult subject.
Slide 24 - Diapositive
Let's get to work!
We'll do assignment 3 together
Slide 25 - Diapositive
1. Can you buy a rose in that city?
Slide 26 - Question ouverte
2. Here is a potato and there is a banana.
Slide 27 - Question ouverte
3. The man lost his life in the fire.
Slide 28 - Question ouverte
4. The thief was caught by the police.
Slide 29 - Question ouverte
5. The goose was trying to find some food.
Slide 30 - Question ouverte
6. The woman looked at her watch.
Slide 31 - Question ouverte
7. We saw an aircraft disappear behind the mountain.