qué es eso intro

1 / 34

Slide 1: Vidéo

SpaansMiddelbare schoolMBOvmbo, mavo, havoLeerjaar 1,2Studiejaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

La durée de la leçon est: 111 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

¿Qué tal la clase?

Slide 2 - Diapositive

¡hola!, ¿cómo estás?
¿Qué día es hoy?

Slide 3 - Question ouverte

hoy vamos a...

1. 5 woorden

2. spreek: me gusta/no me gusta

4. Toets bespreken

5. Luister wedstrijd (liedjes met lichaamsdelen)

6. KLEREN! Beginnen met de eerste woorden

7. Exit ticket: je favoriete merk/kleren

Slide 4 - Diapositive

1/7

verwachtingen

Slide 5 - Diapositive

2/7 plan

Slide 6 - Diapositive

PLANNING

16 de marzo

5 woorden. Oefenen in zinnen

maaltijden: wat eet je?

Geld tellen :-)

23 de marzo

Me gusta/no me gusta

Cuánto cuesta? In de winkel – kopen-verkopen- 5 palabras

Slide 7 - Diapositive

6/7 wat vind je leuk?

Slide 8 - Diapositive

lied Manu Chao, p

https://www.youtube.com/watch?v=fGsQaqViiwU

Slide 9 - Diapositive

https:

Slide 10 - Lien

ik vind leuk

ik vind heel leuk

Ik hou van

niet leuk

helemaal niet

Ik haat

Slide 11 - Diapositive

p. 19

Slide 12 - Diapositive

p. 24

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Vidéo

uitleg gustar

me gusta, te gusta, le gusta - ik vind... leuk, jij vindt..., hij/zij/het vindt...

(no) me gusta+ bep lidwoord + zn enk

(no) me gustan + bep lidw + zn mv

Slide 16 - Diapositive

tic, tac, toe

Slide 17 - Diapositive

¿qué te gusta/encanta?
antwoord met: me gusta (lidwoord)+woord

Slide 18 - Question ouverte

¿qué no te gusta/odias?
antwoord met: no me gusta (lidwoord)+woord

Slide 19 - Question ouverte

ik vind leuk

ik vind heel leuk

Ik hou van

niet leuk

helemaal niet

Ik haat

Slide 20 - Diapositive

even oefenen....

¿............ la salsa? (Jij)
A mí también.......... el chocolate.(ik)
¿ ............. las hamburguesas? (jij)
.............. la paella. (ik)
............. los libros (ik)

Slide 21 - Diapositive

antwoorden

¿......te gusta...... la salsa? (Jij)
A mí también..me gusta / me encanta.... el chocolate.(ik)
¿ .......te gustan...... las hamburguesas? (jij)
(no) me gusta / me gusta / odio la paella.
A mí .......me gustan / no me gustan / me encantan / odio los libros

Slide 22 - Diapositive

deberes, huiswerk

We hebben 11 woorden vandaag geleerd. De hersenen kan 7 woorden behouden. Hoeveel kan je behouden?

Voor volgende week moet je 5 woorden leren. Meer=beter

Slide 23 - Diapositive

exit ticket

- ik vraag: ¿qué te gusta?

-Je geef de volle antwoord: me gusta(n) el/la/los/las

Slide 24 - Diapositive

hoe was de les?

😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Sondage

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

¿Cuánto te gusta?

1) Me gusta mucho - veel/erg

2) Me gusta bastante - vrij leuk/lekker

3) No me gusta mucho - niet veel/erg

4) No me gusta nada - helemaal niet

Slide 28 - Diapositive

La ropa

Slide 29 - Diapositive

Opción 1:

Hablar de tu ropa favorita

Opción 2:

Hablar de la ropa de otras personas

Unidad 5 : La ropa

Slide 30 - Diapositive

La ropa

Escucha y escribe las letras

de la ropa mencionada.

(1 - 6)

¿Qué llevas?
Normalmente, llevo...

¡Escúchame!

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

los refrescos

los bocadillos

Slide 34 - Quiz