AE-5 Les 4

Wat ga je leren?

  • Over wisselkoersen
  • Biedkoers
  • Laatkoers
  • Hoe is wisselkoer ontstaan
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieVocational Education

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat ga je leren?

  • Over wisselkoersen
  • Biedkoers
  • Laatkoers
  • Hoe is wisselkoer ontstaan

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 4
  • Betalingsbalans
  • Dekkingspercentage
  • Formeel evenwicht
  • Materieel evenwicht
  • Overschot op de BB
  • Tekort op de BB

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Wisselkoersen
De wisselkoers is de prijs waartegen je de ene geldsoort kunt ruilen tegen de andere geldsoort.

Slide 4 - Diapositive

Wisselkoers
Biedkoers (de laagste): de koers waarvoor banken de geldsoort inkopen.
Laatkoers (de hoogste): de koers waarvoor banken de geldsoort verkopen

Het verschil tussen de twee koersen is winst voor de banken. 


Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld

Koers van de dollar is Afl. 1,78-Afl.1,80  
  • VERKOOP je dollars AAN de bank dan krijg je Afl. 1,78 voor elke dollar.
  • KOOP je dollars VAN de bank dan betaal je voor Afl. 1,80 voor elke dollar.




Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Lien

Wisselkoers is de prijs van vreemd geld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Juist of onjuist?
De externe waarde van een munt wordt ook wel aangeduid met de wisselkoers.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Waarde van een geldsoort
De Interne waarde: de waarde van de geldsoort uitgedrukt in koopkracht in een land.

De externe waarde: de waarde van die geldsoort uitgedrukt in andere geldsoorten, ofwel de wisselkoers.  

Slide 10 - Diapositive

Hoogte wisselkoers
komt tot stand via VRAAG en AANBOD 

Wanneer is er vraag of aanbod van een valuta?
 Verband tussen - hoogte van de wisselkoers van de euro
       - de import en de export van europese landen

Slide 11 - Diapositive

Voorbeeld
Europees bedrijf exporteert dan willen ze euro’s ontvangen dit kan op 2 manieren:
  1. Ze worden betaald in BUITENLANDSE valuta’s (bijv $) en ze wisselen deze om in €
  2. Ze worden betaald in € (het buitenland heeft hun valuta’s dan al omgewisseld in €)

In BEIDE gevallen wordt buitenlandse valuta (bijvoorbeeld $) omgewisseld in EURO’s

Slide 12 - Diapositive

Wisselkoersen

EXPORT vanuit Europa
AANBOD van vreemde valuta (buitenlands geld) & VRAAG naar Euro's


IMPORT naar Europa
VRAAG naar vreemde valuta & AANBOD van euro’s


Slide 13 - Diapositive

Voorbeeld


Is de VRAAG naar euro’s (bijv voor export) GROTER dan het AANBOD van euro’s (om de import te betalen) dan zal de KOERS van de euro STIJGEN t.o.v de vreemde valuta!

Slide 14 - Diapositive

Koers stijging of daling:
VRAAG > AANBOD → koers stijgt 

VRAAG < AANBOD → koers daalt


Slide 15 - Diapositive

Een verandering van de wisselkoers heeft gevolgen voor de import en export
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Als de wisselkoers van de euro stijgt:
A
verbetert de concurrentiepositie van Europa (EMU)
B
verslechtert de concurrentiepositie van EMU

Slide 17 - Quiz

Als de wisselkoers van de € stijgt,
dan ...
A
wordt de € duurder
B
dan wordt de € goedkoper

Slide 18 - Quiz