ORDENING

Generale repetitie
THEMA ORDENING
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Generale repetitie
THEMA ORDENING

Slide 1 - Diapositive

Ordening

Slide 2 - Diapositive

Op basis van wat gaan we bij biologie alle organismen ordenen?
A
Hoe groot dieren zijn
B
Op kleur
C
Bepaalde kenmerken
D
leeftijd

Slide 3 - Quiz

Noem de 3 rijken van het domein van de eukaryoten

Slide 4 - Question ouverte

Hoe noem je een groep organismen van dezelfde soort die vruchtbare nakomelingen kunnen voortbrengen?
A
Ras
B
Populatie
C
Rijk
D
Soort

Slide 5 - Quiz

Noem een kenmerk van een zeester welke wij als mensen niet hebben

Slide 6 - Question ouverte

Bij welk rijk horen deze organismen?

Slide 7 - Question ouverte

Om organismen in een rijk te kunnen indelen kijk je naar drie eigenschappen
A
celkern-celwand-bladgroenkorrels
B
eencellig-meercellig-geen cellen
C
beweegt wel-beweegt niet-kan lopen
D
warm-koud-lauw

Slide 8 - Quiz

Welk rijk heeft deze eigenschappen:
geen bladgroen-geen celkern-wel een celwand

Slide 9 - Question ouverte

Bij welk rijk hebben de cellen géén celwand?

Slide 10 - Question ouverte

Bij welk rijk hoort dit organisme?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Planten
D
Dieren

Slide 11 - Quiz

Bij welk RIJK hoort dit organisme?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Geleedpotigen
D
Dieren

Slide 12 - Quiz


Om bier te maken worden nuttige schimmels gebruikt
A
dat is waar
B
dat is niet waar

Slide 13 - Quiz

De rijken worden verder onderverdeeld in kleinere groepen. Hoe heten de kleinere groepen waar in de rijken worden verdeeld?

Slide 14 - Question ouverte

Het plantenrijk verdeel je in 3 stammen. Welke zijn dit?
A
naaktzadigen en bedektzadigen en planten zonder zaden
B
waterplanten en landplanten en oeverplanten
C
wieren, sporenplanten, zaadplanten
D
bomen, struiken, grassen

Slide 15 - Quiz

Bij welke stam van het plantenrijk hoort deze plant?
A
wieren (algen)
B
sporenplanten
C
zaadplanten

Slide 16 - Quiz

Bij welke stam van de planten
hoort deze plant?
A
Algen/wieren
B
Sporenplanten
C
Zaadplanten
D
Geen van allen

Slide 17 - Quiz