Voetbal Deel 2
1 / 15
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Hoe heet het als de bal in je handen komt als je GEEN keeper bent?
A
Hands
B
Keeperbal
C
Corner
D
Achterbal
Slide 2 - Quiz
Hoe heet het als de bal in je handen hebt als je WEL keeper bent?
A
Keeperball
B
Hands
C
Corner
D
Ingooi
Slide 3 - Quiz
Hoe heet het als je valt voor een vrije trap?
A
Schwalbe
B
Vrije trap
C
Tackel
D
Corner
Slide 4 - Quiz
Hoe heet het als je op de grond valt en heel veel pijn hebt?
A
Blessure
B
Tackel
C
Schwalbe
D
Vrije trap
Slide 5 - Quiz
Wat krijg je als je iemand voor de 1e keer expres op de grond laat vallen?
A
Rode kaart
B
Gele kaart
C
Het ligt eraan op welke manier je het doet.
D
Als je het heel hard doet, krijg je rood.
Slide 6 - Quiz
Als je de bal hebt, wat doe je dan?
A
Schieten naar je teamgenoot
B
Schiet hem naar de hoek van het veld.
C
Als je voor het doel staat, schiet hem erin
D
Schiet hem naar de scheidsrechter
Slide 7 - Quiz
Hoe heet het als de bal in de hoek van het veld komt?
A
Corner
B
Ingooi
C
Aftrap
D
Schwalbe
Slide 8 - Quiz
Als je tegenstander een doelpunt heeft gemaakt, wat doe je dan?
A
Aftrap
B
Negatief doen
C
Positief doen
D
Accepteer dat en speel verder
Slide 9 - Quiz
Hoe heet het als de bal over de zijlijn van het veld gaat?
A
Ingooi
B
Corner
C
Keeperball
D
Balbezit (scheidsrechter)
Slide 10 - Quiz
Wie lopen er voorop als de spelers het veld op komen?
A
De scheidsrechters
B
De keepers
C
De technische staf
D
De medische staf
Slide 11 - Quiz
Wat doen de scheidsrechters als de spelers buitenspel staan?
A
Dan fluiten ze
B
Ze houden hun vlag omhoog
C
Dan gaat de bal naar de keeper
D
Dan worden ze boos
Slide 12 - Quiz
Wie bevestigt geel of rood voor de spelers?
A
De VAR
B
De scheidsrechters zelf
C
De spelers
D
De supporters
Slide 13 - Quiz
Welk rugnummer draag je als je op keep staat?
A
1
B
17
C
33
D
20
Slide 14 - Quiz
Wat doe je bij einde wedstrijd?
A
Handen schudden
B
Schelden
C
Schreeuwen
D
Boos weglopen
