4.3A Ogen en licht

4.3A Ogen en licht
Leerdoelen:

  • Je kunt verschillende soorten lichtbronnen herkennen en benoemen
  • Je weet wat een spectrum is en welke kleuren er in het spectrum van wit licht zitten
  • Je kunt uitleggen hoe mensen kleur zien aan de hand van de woorden 'reflecteren' en 'absorberen'
  • Je kunt voorspellen welke kleur licht je ziet wanneer je verschillende kleuren filters voor verschillende kleuren lampen houdt
  • Je weet of jij de baan en opleiding van lichttechnicus interessant zou vinden
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

4.3A Ogen en licht
Leerdoelen:

  • Je kunt verschillende soorten lichtbronnen herkennen en benoemen
  • Je weet wat een spectrum is en welke kleuren er in het spectrum van wit licht zitten
  • Je kunt uitleggen hoe mensen kleur zien aan de hand van de woorden 'reflecteren' en 'absorberen'
  • Je kunt voorspellen welke kleur licht je ziet wanneer je verschillende kleuren filters voor verschillende kleuren lampen houdt
  • Je weet of jij de baan en opleiding van lichttechnicus interessant zou vinden

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichtbronnen
Om iets te kunnen zien heb je licht nodig. Licht komt van een lichtbron. Komt het licht in je oog dan kun je de lichtbron zien.

Licht heeft geen medium nodig om zich te verplaatsen. Licht kan zich ook door vacuüm verplaatsen. De snelheid waarmee licht zich door vacuüm verplaatst is ongeveer 300.000 km/s. De lichtsnelheid in water is ongeveer 225.000 km/s.

Lichtbronnen kun je onderverdelen in:
  • natuurlijke lichtbronnen (zoals sterren)
  • kunstmatige lichtbronnen (zoals lampen)

Lichtbronnen die zelf licht uit stralen noem je directe lichtbronnen. Een indirecte lichtbron is een lichtbron die het licht van een andere lichtbron weerkaatst (zoals de maan zonlicht weerkaatst, of spiegels lampenlicht weerkaatsen).
De grootste (natuurlijke) lichtbron is de zon. Een lichtbron straalt licht uit. Elke lichtbron zendt zijn eigen soort licht uit. De zon straalt wit licht uit.



Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk type lichtbron is dit?
Natuurlijke
Natuurlijke
Natuurlijke
Natuurlijke
Indirecte
Indirecte
Indirecte
Kunstmatige
Kunstmatige
Kunstmatige
Kunstmatige

Slide 3 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Experiment: wit licht
Inleiding:  De zon straalt wit licht uit. Is dat eigenlijk wel zo? Je gaat een proef doen.

Onderzoeksvraag: Uit welke kleuren bestaat 'wit' licht?

Benodigdheden
  • wit vel papier
  • water
  • een hoog glas
  • een plek waar zonlicht binnenvalt
  • kleurpotloden
 








Werkwijze
  • Vul het glas met water
  • Zet het glas op tafel en zorg dat er zonlicht op valt.
  • Wacht tot het water niet meer beweegt.
  • Beweeg het papier rondom het glas totdat een regenboog verschijnt.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarnemingen
Maak een tekening van wat je ziet. Gebruik zo veel mogelijk de juiste kleuren en laat ook een deel van je opstelling (het papier ten opzichte van het glas ten opzichte van het licht).

Als je ECHT niet kunt tekenen, mag je ook een heel duidelijke foto maken van de opstelling met waarnemingen.

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Modelantwoord:          Experiment: wit licht
Als het goed is, dan heb je twee regenbogen kunnen zien, die gespiegeld aan elkaar zijn. Heb je dat niet gezien (en getekend of gefotografeerd)? Probeer het proefje dan nog eens, tot je wel allebei de regenbogen ziet!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Conclusie
In wit licht zitten alle kleuren van de regenboog, namelijk...............................

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichtspectrum
Wit licht is een mengsel van kleuren. Dat zie je goed als je wit licht door een prisma ziet gaan. Het licht breekt dan uiteen in verschillende lichtkleuren:
  • rood
  • oranje
  • geel
  • groen
  • blauw
  • indigo
  • violet

De verdeling van het licht noem je een spectrum. Bovenstaande kleuren vormen het zichtbare deel van het spectrum, de zichtbare kleurenband. Omdat elke lichtbron zijn eigen soort licht uitzendt heeft elke lichtbron dus een eigen spectrum

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een prisma

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillende kleuren sterren

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Primaire lichtkleuren en hoofdmengkleuren
Rood, groen en blauw worden de hoofdkleuren of primaire lichtkleuren genoemd. Het menselijk oog is alleen gevoelig voor deze drie lichtkleuren of mengsels daarvan. Met deze drie lichtkleuren kunnen alle zichtbare kleuren worden gemaakt.

De hoofdmengkleuren zijn cyaan, geel en magenta: geel is een mengsel van 100% groen en 100% rood, cyaan is een mengsel van 100% groen en 100% blauw, magenta is een mengsel van 100% blauw en 100% rood.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kleur zien
De meeste voorwerpen zijn geen lichtbron, maar hebben wel een kleur. Voorwerpen die door een lichtbron verlicht worden kun je zien, omdat ze het licht reflecteren (weerkaatsen). Een gekleurd voorwerp weerkaatst alleen licht dat dezelfde kleur heeft. Een rood voorwerp weerkaatst dus alleen rood licht, de rest van het licht wordt geabsorbeerd.


Een wit voorwerp absorbeert geen enkele kleur. Alle kleuren worden weerkaatst.

Een zwart voorwerp absorbeert alle kleuren. Geen enkele kleur wordt weerkaatst.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Een ander woord voor 'absorberen' is?
Een ander woord voor 'weerkaatsen' is?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Op het aanrecht liggen een rode en een groene tomaat. Zonlicht schijnt op het aanrecht. De kleur die wordt weerkaatst bij de rode tomaat is de...................... kleur .

Op het aanrecht liggen een rode en een groene tomaat. Zonlicht schijnt op het aanrecht. De kleur die wordt weerkaatst bij de groene tomaat is de..................... kleur .

Als een voorwerp al het licht reflecteert zie je het als de 'kleur'.....................
Als een voorwerp al het licht absorbeert zie je het als de 'kleur'....................


Rood
Blauw
Groen
Geel
paars
wit
zwart

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorig jaar heb je geleerd wat fotosynthese is. Wat heeft een plant nodig om aan fotosynthese te kunnen doen? En wat ontstaat er bij fotosynthese?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een plant gebruikt o.a. lichtenergie om aan zijn/haar voeding te komen. Als licht op een plant schijnt weerkaatst alleen het groene licht. Hierdoor zien we de groene kleur. Wat gebeurt er met de rest van het licht?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is het voor de plant een voordeel om het groene licht te weerkaatsen?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichtbron spectrum
Elke lichtbron zendt een eigen kleur licht uit en daarom heeft elke lichtbron een eigen spectrum. Bij het maken van kunstmatige lichtbronnen wordt soms geprobeerd zo goed mogelijk de zon na te bootsen, maar in andere gevallen wil je juist een beperkt spectrum uitzenden.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De spectra van verschillende soorten lampen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dennis voetbalt bij Helmond Sport in een wit shirt met rode strepen. Als hij onder een natriumlamp doorloopt, lijkt hij even een voetballer van een andere club te zijn.
Van welke club lijkt hij te zijn?
A
Heracles Almelo (zwart-wit)
B
ADO Den Haag (groen- geel)
C
Vitesse (zwart-geel)
D
Go Ahead Eagles (rood-geel)

Slide 22 - Quiz

Natriumlampen zijn geel van kleur. Als deze kleur op rood schijnt, lijkt het zwart, omdat geel wordt geabsorbeerd. Als deze kleur op wit schijnt, lijkt het geel, omdat geel wordt gereflecteerd.
Jose heeft in een winkel een mooie trui gevonden, maar omdat er TL-verlichting in de winkel hangt, wil ze de trui eerst bij daglicht bekijken voor ze hem koopt.
Leg uit waarom het slim is dat Jose dit doet.

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichttechnicus
Iemand die veel met licht werkt, is een lichttechnicus. Een lichttechnicus zet je in de spotlight. Letterlijk. Op een toneel. Met behulp van kleurenfilters kan hij de sfeer zetten die past bij wat er op het toneel gebeurt.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Open bovenstaande link. Kies voor RGB-lampen.
Je kunt een enkele lamp of meerdere lampen aanzetten.
Met de schuifjes kun je de lampen harder en zachter zetten.
Welke kleur ziet de persoon wanneer de volgende lamp of lampen aan staan?


Rood
Magenta
Blauw
Cyaan
Geel
Groen
Wit
Zwart
Paars
Roze

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Kies nu de simulatie met één lamp. Kies de witte lamp. Plaats verschillende filters voor de lamp. Wat doet een filter met wit licht?

Kies nu voor de optie om meerdere kleuren lampen te gebruiken. Onderzoek verschillende combinaties van filters en kleuren licht.


Rood
Magenta
Blauw
Cyaan
Geel
Groen
Wit
Zwart
Paars
Roze
Zwart

Slide 27 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk bovenstaande link. Zoek informatie op over wat een lichttechnicus precies doet, wat voor vaardigheden en eigenschappen je moet hebben, hoeveel deze (gemiddeld) verdient en wat voor soort opleiding je volgt om lichttechnicus te worden.

Beargumenteer of de baan als lichttechnicus iets voor jou is. Gebruik minstens 3 argumenten van de website waarom jij wel of niet lichttechnicus wil (of kan) worden.

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De dauwdruppel (een verhaal uit het Oude Oosten)
Een wijze leermeester ging eens met zeven leerlingen een ochtendwandeling maken, terwijl de dauw nog over het land lag. Na enige tijd brak de zon door en de dauwdruppels schitterden dat het een lieve lust was! Bij een grote dauwdruppel liet de oude meester halthouden. Hij schaarde zijn leerlingen zodanig rondom de druppel dat de zon erop bleef schijnen en vroeg hen welke kleur de druppel had. 

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De dauwdruppel (een verhaal uit het Oude Oosten)
“Rood,” zei de eerste.
“Oranje,” zei de tweede.
“Geel,” zei de derde.
“Groen,” zei de vierde.
“Blauw,” zei de vijfde.
“Paars,” zei de zesde.
“Violet,” zei de zevende. 

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ze stonden verbaasd over de verschillen en omdat ze allemaal zeker waren van de kleur die de druppel had, ontstond er bijna ruzie. Toen liet de oude meester hen enige keren van plaats wisselen. En heel langzaam drong het tot hen door dat, ondanks de verschillen in hun waarneming, ze toch allemaal de waarheid hadden gesproken.

Nadat er zo enige tijd verstreken was, liet de oude meester hen weer hun oorspronkelijke plek innemen. Maar omdat intussen de zon gedraaid was, kaatsten er weer heel andere kleuren terug vanaf de grote dauwdruppel.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

En de meester sprak: “Hoe je de waarheid ziet, hangt af van de plaats en de tijd die je in het leven inneemt, zoals je daarnet een deel van het licht hebt gezien en dat voor de waarheid aanzag
 Laat je medemensen in volle vrijheid hun eigen weg bewandelen, hun eigen plaats innemen en hun eigen deel van het licht waarnemen. Je hebt allemaal waarheden nodig, want alle tezamen vormen zij het werkelijke spectrum als geheel; de volle waarheid… Tot je zelf een van de groten bent geworden en de zeven kleuren als één kunt waarnemen, zal ieder afhankelijk van zijn situatie een ander standpunt innemen en de waarheid op een andere manier zien… Wees daarom niet alleen tolerant, want dat is slechts het duiden van andermans mening, maar wees zelfs blij dat er andere meningen zijn. Zolang je zelf nog niet het volle licht kunt zien, heb je je medemens als medeleerling nodig om de volle waarheid te leren kennen.”

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions