Herhaling H1 Mavo

Herhalingsles
Hoofdstuk 1: Wat is maatschappijleer? 
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhalingsles
Hoofdstuk 1: Wat is maatschappijleer? 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag:
- Herhalingsles H1
- Vragen beantwoorden H1 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is sociale ongelijkheid?
A
Groepen mensen die hun rijkdom niet delen
B
Groepen mensen die te lui zijn om te werken
C
Ongelijkheid in hoe de welvaart verdeeld is in een land
D
Ongelijkheid in hoe mensen wonen

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale ongelijkheid is..
Niet iedereen dezelfde kansen heeft in de samenleving.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen machtsmiddel?
A
Functie
B
Kennis
C
Geld
D
In je eentje zijn

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Machtsmiddelen
Middelen waarmee je het gedrag anderen kunt beïnvloeden. 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Normen zijn:
A
Dingen die mensen belangrijk vinden in het leven
B
Straffen die de overheid oplegt
C
Regels hoe jij en anderen zich moeten gedragen
D
Gevolgen van verschillende belangen

Slide 7 - Quiz

Normen = Regels hoe jij en anderen zich moeten gedragen
Normen..
Regels hoe jij en anderen zich moeten gedragen.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een dilemma is
A
Een manier om mensen voor je te winnen
B
Een positie van macht
C
Een moeilijke keuze met veel voor- en nadelen
D
Een debattechniek

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Toename van het wij-gevoel zorgt voor een grotere sociale cohesie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale cohesie
Dat is de "lijm" die mensen verbindt in een samenleving.

Als de 4 bindingen onderling in een samenleving sterk zijn.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een belang?
A
Iets wat jij belangrijk vindt
B
Een soort wet
C
Een lastige keuze
D
Voordeel dat je ergens van hebt

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een maatschappelijk probleem is pas een maatschappelijk probleem als..
A
Het aan 1 kenmerk voldoet
B
Het aan 2 kenmerken voldoet
C
Het aan 3 kenmerken voldoet
D
Het aan 4 kenmerken voldoet

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De kenmerken:
1. Het is een probleem waar veel mensen last van hebben.
2. Mensen hebben verschillende meningen over de oorzaak en oplossing.
3. Het probleem krijgt veel aandacht in de media.
4. De politiek bemoeit zich met een oplossing voor het probleem.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn waarden?
A
De dingen die je belangrijk vindt in het leven
B
Wat je over hebt voor een ander
C
Hoeveel geld je op de bank hebt staan
D
Dat wat anderen van jouw denken

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is macht?
A
Beïnvloeden wat iemand voor waarde en normen heeft
B
Geweld en geld
C
Beïnvloeden wat iemand doet en denkt
D
Jouw baan en overtuigingskracht

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale cohesie is
A
De samenhang tussen mensen
B
De manier waarop mensen naar armoede kijken
C
De verschillen tussen groepen
D
De bevolkingsdichtheid in een stad

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met wie heb je een politieke binding?
A
Jesse Klaver
B
Mark Rutte
C
Jan Hamming
D
Een volger op instagram

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met wie heb je een economische binding?
A
Messi
B
Een politie-agent
C
Je werkgever
D
Je mentor

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met je ouders heb je verschillende bindingen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke binding heb je met je
leraren ?
A
affectief
B
politiek
C
economisch
D
cognitief

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een voorbeeld van een wetsregel?
A
Na toiletbezoek je handen wassen
B
Geen afval op straat gooien
C
Op de buitendeuren moeten goede sloten zitten
D
In restaurants geef je een fooi

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een goed voorbeeld van een gedragsregel?
A
Handen wassen na het plassen
B
Niet door rood lopen
C
Niet stelen
D
Geen geluidsoverlast veroorzaken.

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

waarom zijn we afhankelijk?
A
We kunnen niet veel zelf
B
we hebben anderen nodig
C
we zijn afhankelijk

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een ander woord voor de maatschappij is:
A
belangengroep
B
sociale omgeving
C
overheid
D
samenleving

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie hoort er NIET bij je sociale omgeving?
A
Je teamgenoten
B
Je collega's op werk
C
Je klasgenoten
D
De slager om de hoek

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions