2A1 - miércoles 7 de febrero de 2024

2A1 - miércoles 7 de febrero de 2024
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

2A1 - miércoles 7 de febrero de 2024

Slide 1 - Diapositive

Hoy es miércoles 7 de febrero de 2024
1. Opening + absentie
5 min
2. Repaso: 'tener ' y 'ser'
10 min
3. Repaso: lidwoorden en zelfstandig naamwoorden in meervoud
10 min
4. Describir a una persona
20 min
5. Afsluiten
5 min
Después de esta clase...
... heb je de vertalingen en de vervoegingen van tener  en ser herhaald.
... heb je het lidwoord en zelfstandig naamwoord in meervoud herhaald.
... kan je een persoon beschrijven.

Slide 2 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoorden / Pronombres personales
ik
jij
hij
zij (enkelvoud)
u (enkelvoud)
wij
jullie
zij (meervoud)
(meervoud)
nosotros/-as
ellos
yo
usted
vosotros/-as
ellas
ella
ustedes
él

Slide 3 - Question de remorquage

¿Qué significa 'tener'?
A
zijn
B
heten, zich noemen
C
hebben
D
wonen

Slide 4 - Quiz

Yo ........... dos libros.
A
tengo
B
tiene
C
tenemos
D
tienen

Slide 5 - Quiz

Ana ........... tres coches.
A
tienes
B
tiene
C
tenéis
D
tienen

Slide 6 - Quiz

Pablo y yo no ........... hermanos.
A
tengo
B
tiene
C
tenemos
D
tienen

Slide 7 - Quiz

¿Tú ........... un perro?
A
tiene
B
tienes
C
tenéis
D
tienen

Slide 8 - Quiz

¿Vosotros no ........... nietos?
A
tenéis
B
tiene
C
tenemos
D
tienen

Slide 9 - Quiz

Juan y Francisco ........... muchos amigos.
A
tienes
B
tiene
C
tenéis
D
tienen

Slide 10 - Quiz

¿Qué significa 'ser'?
A
heten, zich noemen
B
hebben
C
eten
D
zijn

Slide 11 - Quiz

ellos/ellas/ustedes
nosotros/as
yo
él/ella/usted
vosotros/as

Slide 12 - Question de remorquage

Repaso: lidwoorden en zelfstandig naamwoorden in meervoud
  1. Hoe maak je het meervoud van een zelfstandig naamwoord?
  2. Welke lidwoorden zijn er allemaal? 

Slide 13 - Diapositive

El plural
               Maak aantekeningen in je schrift als je ze kwijt bent!

eindigend op klinker (a,e,i,o,u) + s
eindigend op medeklinker + es
eindigend op -z: -ces, voorbeeld: pez - peces, voz - voces
             Accent op laatste lettergreep valt weg in het meervoud:
             estación - estaciones, holandés - holandeses

Slide 14 - Diapositive

MASCULINO
FEMENINO
MASCULINO
FEMENINO
SINGLUAR
PLURAL
DEFINIDOS
INDEFINIDOS
EL
UN
LOS
UNOS
LA
UNA
LAS
UNAS

Slide 15 - Question de remorquage

¡A practicar!

Maak je eigen stamboom in je schrift.
Maken: Libro de trabajo (werkboek) ejercicio 7, página 50. 



Klaar?
Ga verder met tekstboek opdracht 5 (p. 53). 

Slide 16 - Diapositive

Describir a una persona
Libro de texto ejercicio 5: página 53
→ Goede start voor je Daltontaak!

Beschrijf personen uit je familie (en jezelf) volgens de aanwijzingen in het woordweb.
Let op: poderes (= krachten) hoef je niet te doen!
Aan het einde van de les lever je dit in!

Slide 17 - Diapositive