1.5 Chromosomen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Welkom allemaal

Wat weten we nog?

Planning

Leerdoelen

Uitleg

Opdrachten

Check leerdoelen

Afsluiting

Leerdoelen

Je kunt de kenmerken van chromosomen beschrijven.

Chromosomen

chromosomen 

• Dit is een chromosomenportret
• Mensen hebben 23 paren chromosomen.
• Totaal 46 chromosomen.
• De paren zijn gelijk, behalve de geslachtschromosomen  (bij de man XY en vrouw XX)

DNA

• Chromosomen bestaan voor een groot deel uit DNA.
• DNA=informatie voor al je erfelijke eigenschappen.
• Een gen is een stukje DNA.
• Cellen gebruiken alleen de genen die ze nodig hebben.

DNA + eiwit

Chromosoom

DNA voor celdeling

DNA tijdens celdeling

Menselijke cel

In een eicel zitten 23 chromosomen.

In een zaadcel zitten 23 chromosomen.

Eicel + zaadcel = een bevruchte cel met 46 chromosomen.

Die bevruchte cel deelt > alle lichaamscellen (behalve de geslachtscellen) hebben 46 chromosomen

Geslachtscel en Lichaamscel

• Je kan het verschil noemen tussen een lichaamscel en een geslachtscel 

Vragen?

Maken van de opdrachten

Th. 1.5 Opdracht 17 tm 18

Leerdoelen

Je kunt de kenmerken van chromosomen beschrijven.