Tekstverbanden - signaalwoorden

Lesdoel:
Je kunt een tegenstellend, chronologisch, opsommend en toelichtend verband aan de hand van signaalwoorden herkennen in een tekst.
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Lesdoel:
Je kunt een tegenstellend, chronologisch, opsommend en toelichtend verband aan de hand van signaalwoorden herkennen in een tekst.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Hoe vind je de hoofdgedachte vaak?
Waar vind je de hoofdzaken vaak?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Vidéo

Lezen
Een tekstverband is een verband tussen alinea's, zinnen en woorden. Je herkent ze aan de signaalwoorden. (Let op!)
1. Tegenstellend tekstverband
2. Chronologisch tekstverband
3. Concluderend verband
3. Opsommend tekstverband
4. Toelichtend tekstverband (voorbeeld)

Slide 5 - Diapositive

Tegenstellend verband
Er worden tegenovergestelde zaken genoemd:

Zij heeft een nieuwe iPad, maar Jaap heeft een ander tablet.

Signaalwoorden: maar, tegenover, daarentegen, toch, echter, hoewel,  enz.

Slide 6 - Diapositive

Chronologisch verband
Een chronologisch verband geeft de tijdsvolgorde van gebeurtenissen aan.

Signaalwoorden: Nu, straks, toen, morgen, daarna etc. 
Voorbeeld:

Vroeger hield ik nooit van wandelen, nu ben ik er dol op.

Slide 7 - Diapositive

Concluderend verband
In een concluderend verband wordt er een conclusie getrokken op basis van eerder gegeven informatie.

Al met al kunnen we stellen dat deze game echt een aanrader is.

Signaalwoorden: al met al, concluderend, daarom, dat houdt in, dus

Slide 8 - Diapositive

Opsommend verband
In een opsommend verband worden dingen achter elkaar opgenoemd.

Eerst moet ik mijn huiswerk maken. Bovendien moet ik een uittreksel schrijven en ook nog mijn kamer opruimen." 

Signaalwoorden: ten eerste, bovendien, niet alleen, verder, enz.

Slide 9 - Diapositive

Toelichtend verband
In een toelichtend verband wordt extra informatie gegeven bij een onderwerp, vaak in de vorm van een voorbeeld.

Ik ben gek op taarten, zoals appel- of perentaart.

Signaalwoorden: bijvoorbeeld, zo, als, zoals, denk aan, neem nou

Slide 10 - Diapositive

Tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 11 - Diapositive

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 12 - Carte mentale

Heb je nog een vraag over deze les?

Slide 13 - Carte mentale