Modalverben verleden tijd

Modalverben
Präteritum = verleden tijd
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Modalverben
Präteritum = verleden tijd

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

 Modalverben verleden tijd

opdracht 1


Zet elk werkwoord op de juiste plek

Slide 3 - Diapositive

timer
0:25
Ich ........... früher immmer um 22 Uhr zu Hause sein.
Vorige Woche .................. ich nicht in die Disko gehen, weil ich schlechte Noten hatte.
Als Kind ................ ich  schon sehr gut schwimmen.
Gestern ............. ich Eis essen bei der Eisdiele in Nordhorn. 
durfte
musste
konnte
wollte

Slide 4 - Question de remorquage

Opdracht 2
Zet elk werkwoord op de juiste plek en maak een verleden tijd van het Modalverb.

Slide 5 - Diapositive

timer
0:25
ich
du
er sie es
wir
ihr
sie Sie
konntest
konnte
konnten
konnten
konntet
konnte

Slide 6 - Question de remorquage

Zet het Modalverb in de verleden tijd, type alleen de juiste vorm van het Modalverb:

Ihr dürft euere Bücher nicht vergessen.

timer
0:25
timer
0:25

Slide 7 - Question ouverte

Zet het Modalverb in de verleden tijd, type alleen de juiste vorm van het Modalverb:

Klaus kann sein Handy nicht finden.

timer
0:25
timer
0:25

Slide 8 - Question ouverte

Opdracht 3
Vertaal het Modalverb en zet het in de juiste vorm.

Slide 9 - Diapositive

Ich .... gestern leider nicht mitgehen. (kunnen v.t.)

Slide 10 - Question ouverte

Ihr .... vorige Woche doch nach Moviepark fahren? (willen v.t.)

Slide 11 - Question ouverte

Klaus .... vorige Woche doch nach Moviepark fahren? (willen v.t.)

Slide 12 - Question ouverte

.... du das Deutsch die meist gesprochene Muttersprache in Europa ist? (weten v.t.)

Slide 13 - Question ouverte

Nein, das .... ich nicht. (weten v.t.)

Slide 14 - Question ouverte

Er .... sehr viel üben für Mathe. (moeten v.t.)

Slide 15 - Question ouverte

Und ihr? .... ihr auch viele Hausaufgaben machen. (moeten v.t.)

Slide 16 - Question ouverte

Ik ken de verleden tijd van de modalverben, ik kan ze óók vertalen!
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Sondage

Ende
ENDE

Slide 18 - Diapositive