Fitness leerjaar 1 lesweek 2.2

• Fitness
• MBO
• Studiejaar 1

Blok 2 - fitness

• Omgaan met klanten

Vandaag

• Theorie omgaan met klanten
•  warming-up
• fitnesstraining
• fitnessquiz
• afsluiting

Omgaan met klanten

• Klantvriendelijkheid is van groot belang. Vroeger moest het personeel een ondergeschikte rol aannemen t.o.v. de klant. In de huidige maatschappij is dat niet meer zo. Dat neemt niet weg dat de klant op de juiste manier geholpen (verwend) wil worden. Der klant heeft immers betaald voor aandacht en begeleiding. De klant dient de medewerkers vanzelfsprekend ook met respect te behandelen. 

• Kom de klanten open en vriendelijk tegemoet. Wijs mensen de weg, ben behulpzaam bij vragen en stel mensen op hun gemak. Laat merken dat de klanten 'gewenst' zijn en dat je blij bent met hun komst.

Omgaan met klanten

• Als je ergens druk mee bezig bent, zeg dan tegen wachtende klanten dat je zo spoedig mogelijk bij hen komt. Noem daar eventueel een tijd bij, bijvoorbeeld "binnen 5 minuten". Laat in ieder geval blijken dat je de klant hebt opgemerkt.

• Praat nooit met klanten over je eigen problemen. Zij komen om te sporten of te ontspannen en niet om belast te worden met de problemen van de medewerkers.

Omgaan met klanten

• Besef goed dat uit je lichaamshouding door de klant makkelijk is af te lezen hoe jij je voelt. Als je bijvoorbeeld minder geboeid bent door je werkzaamheden, moe of chagrijnig bent, probeer dat dan niet uit te stralen naar de klanten.

• Praat nooit negatief over het bedrijf in het bijzijn van de klanten. Eventuele problemen of onenigheden spelen zich af tussen medewerker en het bedrijf. Daar heeft de klant niets mee te maken.

Omgaan met klanten

Probeer je eigen werkgerelateerde problemen niet altijd te delen met collega's. Beter is het om deze te bespreken met je direct leidinggevenden. Zij zijn uiteindelijk ook degene die de problemen voor je op kunnen lossen.

Warming-up

Kies een cardio-apparaat.

Warming-up 7 minuten.

Praktijk

fitnesstraining

Krachttraining

• We werken we in 2-tallen of 3-tallen.
  
• Voor elke spiergroep zoek je een oefening (fitnessapparaat of losse gewichten).
  
• Je zorgt ervoor dat de intensiteit hoog is, oftewel veel gewicht. (let op een juiste technische uitvoering!)
  
• Je maakt maximaal 5 herhalingen.
  
• Vervolgens pak je minimaal 3 minuten rust.
  
• Dit herhaal je per spiergroep 4 keer.
  

fitnessquiz (8 vragen)

1. De holling in de wervelkolom noemen we:

1. de lordose
2. de kyfose

2. De bolling in de wervelkolom noemen we:

1. de lordose
2. de kyfose

3. Je lichaam beweegt door spieren en botten, maar hoe heten de scharnierpunten tussen 2 botten?

1. gewrichten
2. scharnieren
3. vezels
4. pezen

4. Wat is bigorexia?

1. Dan wil je telkens maar eten.
2. Dan wil je je zo droog mogelijk trainen.
3. Dan wil je alsmaar gespierder worden
4. Dan wil je alleen maar cardiotraining doen

5. Hoeveel spieren gebruik je om één stap te zetten?

1. 5
2. 100
3. 200
4. 500

6. Hoeveel botten heeft een volwassen mens?

1. 206
2. 500
3. 703
4. 1000

7. Je hebt veel bloedvaten. Hoever kom je als je ze allemaal achter elkaar legt?

1. 100 km
2. 1000 km
3. 10.000 km
4. 100.000 km

8. Hoeveel water zit er ongeveer in het lichaam van een volwassen mens?

1. 10%
2. 25%
3. 40%
4. 70%