§3.2 Het christendom wordt belangrijker

§3.2 Het christendom wordt belangrijker
Leven op het platteland
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

§3.2 Het christendom wordt belangrijker
Leven op het platteland

Slide 1 - Diapositive

Hoe heet de tijd die volgt op de Oudheid die duurde van 500 tot 1500?

Slide 2 - Question ouverte

Wat is GEEN oorzaak voor de val van het West-Romeinse Rijk?
A
Volksverhuizingen
B
Te klein leger
C
Slecht bestuur
D
Ontstaan Oost-Romeinse Rijk

Slide 3 - Quiz

Bekeren tot het christendom
  • Rond 500 geloofden de meeste mensen in NW-Europa in natuurgoden
  • Zij vereerden ook heilige bomen en natuurelementen
  • Christenen noemden deze mensen heidenen
Tijd: 500-1000

Slide 4 - Diapositive

Bekeren tot het christendom
  • In de 7e en 8e eeuw kwamen er monniken naar NL en Dui in kloosters te stichten
  • Zij reisden door Nl en Dui om heidenen te bekeren
  • Deze mensen noemen we missionarissen
Tijd: 500-1000

Slide 5 - Diapositive

Bekeren tot het christendom
  • Missionarissen reisden rond om te vertellen over Jezus
  • Zij vernielden ook heiligdommen
  • Zij kregen hulp en werden beschermd door koningen
Tijd: 500-1000

Slide 6 - Diapositive

Bekeren tot het christendom
  • Om de bekering voor heidenen makkelijker te maken werden veel heidense feesten gekoppeld aan het geloof
  • Zo werd het midwinterfeest kerstmis
Tijd: 500-1000

Slide 7 - Diapositive

Maken huiswerk
Blz. 137 t/m 141
Opdracht 1 t/m 7

Slide 8 - Diapositive

Adel, geestelijkheid en boeren
  • In de middeleeuwen was de samenleving verdeeld in standen
  • Een stand is een groep mensen met een eigen taak
  • Er waren 3 standen

Slide 9 - Diapositive

Adel, geestelijkheid en boeren
1. Geestelijkheid
  • Iemand in dienst van de kerk
  • Geestelijken moesten voor de ziel van het volk zorgen
  • De hoogste geestelijke was de paus

Slide 10 - Diapositive

Adel, geestelijkheid en boeren
2. Adel
  • Moesten de eerste stand en tweede stand beschermen
  • Moesten besturen
  • Adel was je vanwege je familie
  • Ridder, graaf of hertog waren adellijke titels

Slide 11 - Diapositive

Adel, geestelijkheid en boeren
3. Derde stand
  • Dit waren de boeren
  • Later handelaren en ambachtslieden
  • Niet-adel
  • Zij zorgden voor eten
  • Zij moesten belasting betalen

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Maken huiswerk
Blz. 142 t/m 143
Opdracht 8 t/m 10

Slide 14 - Diapositive