Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
leesvaardigheid herhaling
Slide 1 - Diapositive
Deze les
- terugblik
- vragen vanuit jullie?
- oefentoets maken
- oefentoets bespreken
Slide 2 - Diapositive
Wat is het verschil tussen een redengevend en een oorzakelijk verband?
Slide 3 - Question ouverte
Ik wil graag dat je meehelpt in het huishouden, zo zou je de vaatwasser leeg kunnen ruimen.
A
oorzakelijk
B
redengevend
C
toelichtend
D
voorwaardelijk
Slide 4 - Quiz
Haiko was blij, omdat hij voor zijn verjaardag veel cadeautjes had gekregen.
A
oorzakelijk
B
redengevend
C
toelichtend
D
voorwaardelijk
Slide 5 - Quiz
Als je hard blijft werken, zul je je doel bereiken.
A
oorzakelijk
B
redengevend
C
toelichtend
D
voorwaardelijk
Slide 6 - Quiz
"Het leek een doodnormale dag op school, totdat de lichten plotseling uitgingen en niemand meer bereik had met zijn telefoon. Wat er daarna gebeurde, verraste iedereen en zette aan tot nadenken. Hoe goed zijn we eigenlijk voorbereid op een grote stroomstoring? Wat kun je zelf doen in zo'n situatie?."
Hoe maakt de schrijver de lezer nieuwsgierig?
Slide 7 - Question ouverte
"Het leek een doodnormale dag op school, totdat de lichten plotseling uitgingen en niemand meer bereik had met zijn telefoon. Wat er daarna gebeurde, verraste iedereen en zette aan tot nadenken. Hoe goed zijn we eigenlijk voorbereid op een grote stroomstoring? Wat kun je zelf doen in zo'n situatie?."
Hoe introduceert de schrijver het onderwerp??
Slide 8 - Question ouverte
Hoe ziet het argumentatieschema eruit?
"Het is verstandig om meer te investeren in het openbaar vervoer, omdat dit bijdraagt aan een beter milieu. Doordat mensen vaker met de bus of trein reizen, zal het aantal auto's op de weg afnemen, wat de uitstoot van schadelijke stoffen vermindert. Daarnaast kan een goed functionerend openbaar vervoer files beperken, wat zowel tijd als brandstof bespaart. Het verminderd aantal auto's leidt ook tot minder geluidsoverlast in drukke steden, wat de leefbaarheid van stedelijke gebieden vergroot."
A
onderschikkend
B
nevenschikkend
C
onderschikkend en nevenschikkend
D
enkelvoudig
Slide 9 - Quiz
Deze les
- oefentoets maken
- oefentoets nabespreken
Slide 10 - Diapositive
Zijn er nog vragen die ik nu zou moeten beantwoorden?