1B, U1L2B

What are we going to do today? 
  • Previous lesson   
  • Goals of today
  • Homework check
  • Grammar
  • Homework 
  • Evaluation  

1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

What are we going to do today? 
  • Previous lesson   
  • Goals of today
  • Homework check
  • Grammar
  • Homework 
  • Evaluation  

Slide 1 - Diapositive

What do you remember from the previous lesson?

Slide 2 - Carte mentale

Goals of today
Je weet wat de Engelse persoonlijke voornaamwoorden zijn. 
Je weet wat de Engelse bezittelijke voornaamwoorden zijn. 
Je kunt vragen beantwoorden a.d.h.v. een luisterfragment. 
Je kunt vragen beantwoorden a.d.h.v. een videofragment. 
 

Slide 3 - Diapositive

Homework
You needed to do ex. 4. We will check your answers now.

(Je moest opdracht 4 maken. We gaan deze nu samen nakijken). 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Grammar
We are going to do exercise 7 together (take a look at page 41). We also need to copy this in our notebooks.  

(We gaan samen oefening 7 maken - kijk op blz. 41 voor hulp. Dit gaan we ook overschrijven in ons aantekeningenschrift.)

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Grammar
We will copy the other studybox about the possessive pronouns in our notebook aswell (page 41). 

We gaan de studybox over de bezittelijke voornaamwoorden ook overnemen in ons schrift (blz. 41). 

Slide 8 - Diapositive

Listening
Listen to the clip First day at a new school and fill in the correct answer of exercise 12. 

(Luister naar het fragment en vul het juiste antwoord in bij oefening 12)


Ex. 12

Slide 9 - Diapositive

Homework
You will have to do ex. 8 till 11 by yourselves. This is homework for the next lesson.


(Opdracht 8 t/m 11 is huiswerk)

Slide 10 - Diapositive

Evaluation
Je weet wat de Engelse persoonlijke voornaamwoorden zijn.
Je weet wat de Engelse bezittelijke voornaamwoorden zijn.
Je kunt vragen beantwoorden a.d.h.v. een luisterfragment.
Je kunt vragen beantwoorden a.d.h.v. een videofragment. 

Slide 11 - Diapositive