Imparfait(o.v.t.= onvoltooid verleden tijd)
Lorsque vous racontez comment quelque chose s’est passé dans le passé, vous utilisez souvent l’imparfait./
Als je vertelt hoe iets in het verleden was, gebruik je vaak de imparfait.
De imparfait bestaat uit:
- een stam
- een uitgang