Unité 2 oefenen voor luistertoets

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Écouter oefenen voor luistertoets

Luisteren en lezen

1. Voorbereiden: is de opdracht duidelijk? / Wat weet je hier al over?
   
2. Globaal luisteren: we luisteren samen een 1e keer.                                          Wat is het hoofdonderwerp?                                                                          Wat is de belangrijkste info?
3. Gedetailleerd luisteren: lees nu eerst de vragen. Luister dan opnieuw opdracht voor opdracht naar het fragment. Knip het dus in stukjes. 

Voorbereidend luisteren

Kijk eens naar de titel, het plaatje en bedenk dan waar de tekst over zou kunnen gaan. 

Wat weet jij al van dit onderwerp? (woorden/zinnen/thema's)

Globaal luisteren

We luisteren samen een eerste keer naar het fragment.

• Komen je voorspellingen uit?
• Wat is het hoofdonderwerp?
• Wat is de belangrijkste info?

Gedetailleerd luisteren

• Lees nu eerst de eerste 3 vragen 
• Luister mee en beantwoord ze ondertussen. 

• Lees nu eerst vraag 4, 5 en 6 
• Luister mee en beantwoord de vragen van 4, 5 en 6

• Lees nu eerst vraag  7, 8, 9 en 10
• Luister mee en beantwoord nu vraag 7, 8, 9 en 10

l'exercice

1. j'ai ..... ans                                      10. waar houdt hij van?

2. j'ai .... frères/soeurs?                       11. wie stelt zich voor?

3. j'ai aussi une soeur/frère plus petite/grande que moi

4. Hoe heet zijn vader?

5. Hoe heet zijn moeder?

6. nous avons un ....... (wat heeft hij?)

7. j'habite à ..........

8. waar gaat hij naar school?

9. après l'école, je joue avec mes amis à la mer/dans le parc. + vertaal de zin

se présenter

https://www.francaisfacile.com/exercices/exercice-francais-2/exercice-francais-47769.php

link naar website

l'exercice "se présenter" (contrôlez)

1. j'ai 10 ans                                      

2. j'ai 2 frères                                     

3. j'ai aussi une soeur plus grandeque moi

4. Hoe heet zijn vader? Paul

5. Hoe heet zijn moeder? Lilly

6. nous avons un chat = een kat (wat heeft hij?)

7. j'habite à Paris = Parijs

l'exercice "se présenter" (contrôlez)

8. waar gaat hij naar school?

dans mon quartier = in mijn buurt/wijk

9. après l'école, je joue avec me amis dans le parc

na schooltijd/na school speel ik met mijn vrienden in het park

10. waar houdt hij van

j'aime lire et aller à la mer = houd van lezen en naar het strand gaan

11. wie stelt zich voor? 

Marc

La famille de Marie

1. Hoeveel broers en zussen heeft Marie?

2. Hoe oud is de zus van Marie

3. welke sport doet Marie?

4. In welke stad woont Marie?

5. Sinds wanneer woont Marie hier?

A: depuis 15 ans, B: depuis 7 ans, C: depuis 1 an,  D: depuis 3 ans

6. Quel est le sport préféré de Marie? 

A: L'équitation, B: La danse C: Le judo  D: La natation

https://lingua.com/fr/francais/ecoute/la-famille-de-marie/ 

link naar luisterfragment

La famille de Marie (Contrôlez)

1. Hoeveel broers en zussen heeft Marie?           3 

2. Hoe oud is de zus van Marie                            huit ans (8 jaar)

3. welke sport doet Marie?                                    la danse (dansen) 

4. In welke stad woont Marie?                              à Montpellier

5. Sinds wanneer woont Marie hier?

A: depuis 15 ans, B: depuis 7 ans, C: depuis 1 an,  D: depuis 3 ans

6. Quel est le sport préféré de Marie? 

A: L'équitation, B: La danse C: Le judo  D: La natation

Mes animaux de compagnie

1. Hoe oud is Marie

2. welke huisdieren heeft ze allemaal?

3. hoe heet haar chat?

4. wat is de kleur van de hond van Marie?

A: Gris, B: Noir C: Blanc D: Rouge

5a. Wat is Hector voor dier en van wie is hij?

5b. hoe heet haar lievelings koe?

6. Waar is Gustave dol op?

A: Jouer, B: Boire du lait C: Courir  D: Dormir

https://lingua.com/fr/francais/ecoute/mes-animaux-de-compagnie/

link naar luisterfragment

Mes animaux de compagnie (Contrôlez)

0. Wie stelt zich voor? Marie

1. Hoe oud is het meisje? 

treize ans (13 jaar)                         

2. welke huisdieren heeft ze allemaal?

chat, chien, vache, cheval (kat, hond, koe, paard)

3. hoe heet haar chat? 3.a. en hoe oud is hij? 3.b. Hoe oud is haar hond?

3. Gustave, 3a. il a trois ans (3 jaar) 3b. il a cinq ans (5 jaar)

4. wat is de kleur van de hond van Marie?

A: Gris, B: Noir C: Blanc D: Rouge

https://lingua.com/fr/francais/ecoute/mes-animaux-de-compagnie/

link naar luisterfragment

Mes animaux de compagnie (Contrôlez)

5. Wat is Hector voor dier en van wie is hij?

Hector est un cheval (paard). Le père de Marie

5b. Hoe heet haar lievelings koe?

Marguerite

6. Waar is Gustave dol op?

A: Jouer, B: Boire du lait C: Courir  D: Dormir

https://lingua.com/fr/francais/ecoute/mes-animaux-de-compagnie/

link naar luisterfragment

Afsluiting

Hoe ging het? kun je nu?

Je kunt een eenvoudig gesprek over familie begrijpen.

Je kunt getallen verstaan in korte mededelingen 

Les devoirs

herhalen voor de volgende les:

apprendre 4,5 et 6