4.2 De stroomgebieden van Rijn en Maas

1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Vragen paragraaf 4.1?

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Je weet van welke factoren de waterafvoer in de stroomgebieden van de Rijn en de Maas afhangt.
Je kunt de lengte- en dwarsprofielen van de Rijn en de Maas beschrijven.
Omschrijven hoe een rivier zich gedraagt in de boven-, midden- en benedenloop.
timer
5:00
Lezen paragraaf 4.2

Slide 4 - Diapositive

Nederland is een deltaland, maar wat is een Delta eigenlijk?

Slide 5 - Question ouverte

Een Delta is een gebied dat ontstaat als nieuw land door sedimentatie waar een rivier in zee uitmondt. Vaak zie je dat de rivier zich hier vertakt omdat het land zo vlak is waardoor verschillende stromen in zee komen. Dit heeft de vorm van de griekse letter Delta (een driehoek)

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Diapositive

EDO

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Bovenloop (Bijv. Rijn)
Gletsjerrivier (hooggebergte)
Rivier die behalve regenwater ook smeltwater van gletsjers afvoert.
Groot verhang
Het verval per kilometer.
Veel verwering en erosie

Slide 11 - Diapositive

Middenloop
Ook regen rivieren (Bijv. Maas)
Afnemend stroomsnelheid
Ontstaan meanders
Natuurlijke bocht in een rivier.

Slide 12 - Diapositive

Benedenloop
Klein verhang
Het verval per kilometer.
Lage stroomsnelheid
Sedimentatie en deltavorming
Gemengde rivier
Het verval per kilometer.

Slide 13 - Diapositive

Een rivier kent een bovenloop, middenloop en benedenloop. Alle rivieren in Nederland hebben hier de...
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
D
Verschillend

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive

Gebied dat zijn water afvoert via één hoofdrivier met zijn zijrivieren.
Het stelsel van de hoofdrivier en zijn zijrivieren.
Het gedeelte van een rivier dicht bij de bron.
De grens tussen twee stroomgebieden.
Het gedeelte van een rivier tussen de bovenloop en de benedenloop.
Het gedeelte van een rivier dicht bij de monding.
stroomgebied
stroomstelsel
bovenloop
middenloop

benedenloop
waterscheiding

Slide 16 - Question de remorquage

winterdijk
winterbed
uiterwaard
zomerbed
zomerdijk

Slide 17 - Question de remorquage

Slide 18 - Vidéo

Wat is debiet?
A
Schommelingen in de waterafvoer van een rivier gedurende een jaar.
B
De hoeveelheid water die door een rivier stroomt per m3 per seconde
C
Hoogteverschil van een rivier per km.
D
Piekafvoer van een rivier.

Slide 19 - Quiz

Het regiem is:
A
De hoeveelheid water die door een rivier stroomt per m3 per seconde
B
De snelheid van het water
C
Het verschil in de waterhoeveelheid per maand
D
het hoogteverschil van de rivier per kilometer

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Vidéo

Bovenloop
Middenloop
Benedenloop
     Groot verhang
      Klein verhang

Slide 22 - Question de remorquage

Bereken het verval en verhang van de bron van de Rijn  en de Bodensee.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

 Drie soorten rivieren
Regenrivier

Gletsjerrivier

Gemengde rivier

Slide 25 - Diapositive

In de grafieken zie je het regiem van drie rivieren. Welk type rivier hoort bij elke grafiek? 
Gletsjerrivier
Regenrivier
Gemengde rivier

Slide 26 - Question de remorquage

Drie Nederlandse rivieren:
Maas
Rijn
IJssel

Slide 27 - Question de remorquage

een rivier die volledig wordt gevoed door regenwater.
Een rivier die volledig wordt gevoed door smeltwater van sneeuw en/of gletsjers
Een rivier die wordt gevoed door zowel regen als door smeltwater
Gletsjerrivier
gemengde rivier
Rijn
Maas
regenrivier
regelmatig regiem
zeer onregelmatig regiem
onregelmatig regiem
IJssel

Slide 28 - Question de remorquage

Rijn
Maas
Regenrivier
Gemengde  rivier

Slide 29 - Question de remorquage

condenseren
verdampen
rivieren
neerslag
bergen
Zee

Slide 30 - Question de remorquage

Klei
uiterwaard
Rivier
Oeverwal
Zand
Winterdijk
Zomerdijk

Slide 31 - Question de remorquage

Huiswerk
 T/m paragraaf 4.2 lezen en maken

Slide 32 - Diapositive