Tijd en Snelheid c klas

Hoe zat het ook alweer?

  • Vorige les inhoud en omrekenen
  • Vandaag tijd en snelheid
  • Warming up
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoe zat het ook alweer?

  • Vorige les inhoud en omrekenen
  • Vandaag tijd en snelheid
  • Warming up

Slide 1 - Diapositive

Wat is dat nou precies?

Slide 2 - Diapositive

voordeel of nadeel?
1 Merk
1 Model
1 Uitvoering
1 Kleur
1 Prijs


Slide 3 - Diapositive

Lesdoel

'Aan het einde van de les kunnen studenten verschillende eenheden van tijd en snelheid 
optellen en omrekenen'


Slide 4 - Diapositive

Planning
1. Wat weten jullie al?

2. Instructie

3. Zelfstandig opdrachten (af)maken

Slide 5 - Diapositive

Even testen
1. Een dag heeft ......uren
2. Een week heeft .......dagen
3. Een maand heeft ongeveer ......dagen
4. Een jaar heeft ongeveer.......dagen
5. 1 jaar heeft .......maanden
6. 1 eeuw is ........jaren

Slide 6 - Diapositive

Optellen van tijd: Hoeveel uren en minuten wordt hier totaal getraind?
20 min
35 min
15 min

Slide 7 - Diapositive

Optellen van tijd: Hoeveel uren en minuten wordt hier totaal getraind?
20 min
35 min
15 min
20 min + 35 min + 15 min = 70 min =  1 uur en 10 min

Slide 8 - Diapositive

Pim maakt een heerlijke Thaise curry. Hoeveel uren en minuten duurt de bereiding?
Bereidingstijd =  165 min

Slide 9 - Diapositive

Eenheden in tijd omrekenen?
1,5 uur    = .....minuten
120 min = ..... uren
1 uur       = ..... seconden

Slide 10 - Diapositive

Dag, week, maand, jaar en eeuw omrekenen
Dag, week, maand, jaar en eeuw omrekenen

  • Sil huurde deze auto voor 30 dagen
  • Hoeveel weken & dagen huurde hij de auto?

Slide 11 - Diapositive

  • Chander eet iedere week1 Lachmacun
  • Hij heeft voor 137 weken een Lachmacun op voorraad (vriezer) 
  • Hoeveel Lachmacun moet hij nog kopen om 3 jaar vol te maken?

Slide 12 - Diapositive

Wat is de eenheid van snelheid?

Slide 13 - Diapositive

Wat is de eenheid van snelheid?
Kilometer per of km/u

Slide 14 - Diapositive

Omrekenen van afstand en tijd
30 km
?
18 min
60min

Slide 15 - Diapositive

Omrekenen van afstand en tijd
60 km
?
36 min
120 min

Slide 16 - Diapositive

Waarvoor staat (m/s)?

Irem loopt 200 m in 50 seconden
Hoeveel meter per seconde loopt Irem?

Slide 17 - Diapositive

De uitwerking

Irem loopt 200 m in 50 seconden
Hoeveel meter per seconde loopt Irem?

200:50 = 1 m/s

Slide 18 - Diapositive

Serhat schaatst 500 m in 45 seconden
Hoeveel kilometer per uur schaatst hij dan?
500 m
45 sec
1. Stap 1 = Eerst naar uren omrekenen
2. Stap 2 = Sec x 2 x 40

Slide 19 - Diapositive

Ties zeilt met een snelheid van 54 km per uur
Hoeveel meter legt hij af in 10 seconden?
54000 m
:360
150 m
3600 sec
:360
10 sec

Slide 20 - Diapositive

Lesdoel

'Aan het einde van de les kunnen studenten verschillende eenheden van tijd en snelheid 
optellen en omrekenen'


Slide 21 - Diapositive

En?

1. Wat vonden jullie van de les?
2. Wat kan ik de volgende keer anders doen?

Slide 22 - Diapositive

Opdrachten
Teams
Bestanden
Lesmateriaal
Periode 2
Week 50
Hoofdstuk 14 opdracht 2,5,9,11,14,16,17,23

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive