Paragraaf 2.2 Part 3

Unit 2 - Wales
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Unit 2 - Wales

Slide 1 - Diapositive

Je gebruikt de Past Simple als...
A
iets gebeurd is in de toekomst
B
iets iedere dag gebeurt
C
iets gebeurd is in het verleden en afgerond is
D
iets nog niet gebeurd is

Slide 2 - Quiz

planning


  • Herhaling Past Simple
  • Vragen en ontkenningen
  • Zelfstandig aan het werk

Slide 3 - Diapositive

Lesson goal
at the end of the lesson... I know how to use the Past Simple.

Slide 4 - Diapositive

Huiswerk

Paragraaf 2.2 Opdracht 1 t/m 6


Slide 5 - Diapositive

Past Simple

Slide 6 - Diapositive

Past Simple
Je gebruikt de Past Simple als iets gebeurd is in de verleden tijd en ook beëindigd is.

Wij noemen de Past Simple de Verleden Tijd.


Slide 7 - Diapositive

The Past Simple
Bij regelmatige ww                     Bij onregelmatige ww
altijd het hele WW + ed



Achter het werkwoord plaats je 'ed
I walk -> I walked


2e rij (Past Simple) 
Kader blz. 254
Basis blz. 243 

Slide 8 - Diapositive

My sister .......... (play) the guitar last year.

Slide 9 - Question ouverte

They ....... (go) home after school yesterday.

Slide 10 - Question ouverte

Vragen en ontkenningen
Bij alle werkwoorden (regelmatig en onregelmatig) hetzelfde:

Vragen: Did + onderwerp + hele werkwoord
Ontkenningen: Onderwerp + didn't + hele werkwoord

Slide 11 - Diapositive

Voorbeelden
vragen en ontkenningen
  • (+) It rained very hard.
  • (-) It did not rain very hard.
  • (?) Did it rain very hard?


  • (+) You wrote a letter.
  • (-) You did not write a letter.
  • (?) Did you write a letter?

Slide 12 - Diapositive

Past Simple - Vraag/Ontkenning

Vraagzinnen
Did + hele ww (1e kolom):
Did you walk to school yesterday?

Ontkennende zinnen
Didn't + hele www (1e kolom):
You didn't walk to school yesterday.

Slide 13 - Diapositive

Past Simple - Signaalwoorden

In de zin staan vaak een tijdsbepaling van verleden tijd.

  • yesterday
  • last week
  • ten minutes ago
  • in 2007
  • this morning

Slide 14 - Diapositive

Spelling
Als een werkwoord eindigt op -e, dan komt er in de past simple alleen een -d achter:
I live - I lived
you move - you moved

In de past simple wordt de laatste medeklinker verdubbeld als er één klinker voor staat:
I drop - I dropped
they plan - they planned

Slide 15 - Diapositive

 Spelling
Als een werkwoord eindigt op -y, dan komt er in de past simple een -ied achter:
I carry- I carried
you study- you studied

In de past simple komt er een -ed achter als er een klinker voor staat:
I play - I played

Slide 16 - Diapositive

Choose the correct Past Simple form:
Nancy ....... with her friends yesterday.
A
has played
B
played
C
plaied
D
did played

Slide 17 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
I .... them a nice story
A
telled
B
did telled
C
did told
D
told

Slide 18 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
We ..... home together.
A
didn't went
B
not went
C
didn't go
D
doesn't go

Slide 19 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
...... see that movie last night?
A
Did you see?
B
Did you seed?
C
Did you saw?
D
Did you seeing?

Slide 20 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
I ..... him with his test.
A
didn't helped
B
didn't help
C
helped not
D
didn't helping

Slide 21 - Quiz

Huiswerk

Paragraaf 2.2 Opdracht 1 t/m 8

(7 + 8)


Slide 22 - Diapositive