Beroep m/v bron 1537

Beroep m / v
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
JEELOBasisschoolGroep 6

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Beroep m / v

Slide 1 - Diapositive

Welke beroepen ken je?

Slide 2 - Carte mentale

In welke beroepen zul je waarschijnlijk meer vrouwen vinden? Waarom?

Slide 3 - Question ouverte

En in welke beroepen meer mannen? Waarom?

Slide 4 - Question ouverte

Doel van deze les:
Aan het einde van de les weet je wat de gevolgen zijn voor een man met een beroep dat vrouwen vaak doen en voor een vrouw met een beroep dat mannen vaak doen.

Slide 5 - Diapositive

Lastige woorden in de tekst
collega, opleiding, patiënt, voldaan

Zoek de woorden in de tekst.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

De juf leest voor...

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Wat voor een soort tekst zal dit zijn?
A
Een verhaal
B
Een gebruiksaanwijzing
C
Een dagboek
D
Een interview (vraaggesprek)

Slide 13 - Quiz

Lees nu samen met je maatje de rest van de tekst.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Wat moet je allemaal kunnen als meubelmaker?

Slide 16 - Question ouverte

Wat moet je allemaal kunnen als verpleegster?

Slide 17 - Question ouverte

Is er wel eens tegen jou gezegd: "Dat is niets voor een jongen of meisje." Hoe vond je dat?

Slide 18 - Question ouverte

Waarom staat er "zuster"?

Slide 19 - Diapositive

Klopt het dat sommige beroepen meer voor mannen en andere meer voor vrouwen zijn?
A
Ja, vrouwen houden meer van zorgen en mannen van machines.
B
Ja, vrouwen zijn nu eenmaal slimmer dan mannen.
C
Nee, eigenlijk kan iedereen elk beroep kiezen.

Slide 20 - Quiz

Wat vindt Moniek leuk aan haar beroep?
A
Dat ze de wc mag poetsen.
B
Dat ze zelf een meubel kan bedenken en het ook kan maken.
C
Dat ze soms zwaar hout moet tillen.

Slide 21 - Quiz

Werkt Kees liever met vrouwen of met mannen?
A
Hij werkt het liefst met fijne collega's (mannen en vrouwen).
B
Hij werkt het liefst alleen.
C
Hij vindt het gezelliger om met vrouwen te werken.

Slide 22 - Quiz

Hoe komt het dat sommige beroepen worden gezien als mannenberoepen of vrouwenberoepen?
A
Omdat het altijd al zo geweest is.
B
Omdat mannen nu eenmaal harder werken.
C
Geen idee. Iedereen mag zelf kiezen welk werk ze willen doen.

Slide 23 - Quiz

We gaan een schema maken.
Teken op je blad twee cirkels. Een voor Kees en een voor Moniek.
Daar omheen schrijf je wanneer ze het beroep kozen, waarom ze het beroep kozen, wat ze er leuk aan vinden, enz...

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive