Religie

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapISK

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 1 - Diapositive

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
Presentatie religie

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Je kan vertellen welke religie je hebt
  • Je kan verschillen en overeenkomsten noemen tussen twee religies

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke religies ken jij?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ben jij zelf religieus?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In Nederland zijn nu veel religies. Wat vind jij daarvan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 6 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Is geloof belangrijk voor jou?
-310

Slide 7 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Over welke religie wil jij meer leren?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

2. samenleven
les 1: cultuur
les 2: tradities en geloof
les 3: de multiculturele samenleving
les 4: discriminatie 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarden
  • Waarde: wat je belangrijk vindt in het leven.
  • Bijvoorbeeld: vrijheid, aanzien, zelfstandigheid.
  • Een waarde kun je in één woord omschrijven en klinkt altijd een beetje vaag.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Normen
  • Norm: Regel over hoe jij/de samenleving vindt dat mensen zich moeten gedragen.
  • Normen horen altijd bij een waarde: Waarde  trouw, norm: ik kom mijn afspraken na. Waarde respect, norm: anderen laten uitpraten. Bij de waarde familie hoort bv de norm dat je voor je ouders zorgt als ze dat zelf niet meer kunnen.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef een voorbeeld van een waarde, denk aan familie, school, stage, vrienden en de samenleving. Een waarde is 1 woord.

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedenk een norm bij de waarden: respect, vertrouwen, trouw, behulpzaamheid

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

vraag:
Verschillen normen en waarden per land?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke gewoonten zag je?

Slide 16 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn typische Nederlandse
gewoontes?

Slide 17 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

begrippen
waarden
normen
cultuur
gewoonte

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

begrippen
traditie
geloof

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een aantal tradities binnen je eigen geloof

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Kijkvragen
Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen moslims en christenen?

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


Islam
Gebedshuis: moskee
Boek: Koran
Eten geen varkensvlees
Bidden vijf keer per dag
Mag geen alcohol drinken


Christendom
Gebedshuis: kerk
Boek: Bijbel
Mag varkensvlees eten

Mag alcohol drinken
Verschillen tussen moslims en christenen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overeenkomsten tussen moslims en christenen
  • Vasten 
  • Bidden
  • lezen een heilig boek
  • Jezus is belangrijk voor moslims en christenen
  • Jezus is de mesias en hij komt naar de aarde terug
  • Dode mensen worden begraven onder de grond
  • Verschillende stromingen (sjiisme of soennisme) (protestant              katholiek)

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel keer per dag bidden moslims?
A
Twee
B
Vier
C
Vijf
D
Tien

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de heilige boek voor christenen?
A
de Koran
B
de Bijbel
C
de Talmoed
D
de Ramayana

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een overeenkomst tussen moslims en christenen?
A
lezen een heilig boek
B
mag geen varkensvlees eten
C
bidden vijf keer per dag
D
gaan naar een kerk

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht in groepjes van twee.
Schrijf je antwoorden op en presenteer het later voor de klas.
1. Wat zijn de verschillen tussen de religies van jullie groepje?
2. Wat zijn de overeenkomsten(hetzelfde) tussen de religies?
Kijk bijvoorbeeld naar:
  • Wat zijn de belangrijkste regels? Welke regels zijn niet zo belangrijk?
  • Welke feestdagen zijn hetzelfde/niet hetzelfde?
timer
10:00

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende les
  • Waar moet je op letten bij presenteren?
  • Presentatie voorbereiden. 

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Presentatie: verschillen en overeenkomsten tussen religies.
  • Tweetallen
  • Een presentatie van max. twee minuten in het Nederlands
  • Vertel over de verschillen en overeenkomsten tussen de religies van jouw tweetal (of zoek informatie op over een andere religie als jullie een tweetal zijn met dezelfde religie)

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer is een presentatie goed?

Slide 31 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Twee voorbeelden bekijken op Youtube.
  • Een goed en een slecht voorbeeld.
  •  Waarom is het ene voorbeeld goed en het andere voorbeeld slecht?

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3

Slide 33 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

01:31
Was dit een goed of slecht voorbeeld van een presentatie?
A
een goed voorbeeld
B
een slecht voorbeeld

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

04:29
Wat was goed aan deze presentatie?

Slide 35 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

01:32
Wat was niet zo goed aan deze presentatie?

Slide 36 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Presenteren
  • Duidelijk praten (niet te snel maar ook niet te langzaam)
  • Maak oogcontact met je publiek 
  • Niet voorlezen van een papier.
  • Maak je presentatie persoonlijk(vertel iets over je eigen ervaringen met religie).
  • Minimaal twee overeenkomsten en twee verschillen.

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

presentatie voorbereiden  .
  • Tweetallen
  • Een presentatie van twee minuten in het Nederlands
  • Je mag een spiekbriefje gebruiken.
  •  Vertel over de verschillen en overeenkomsten tussen de religies van jouw tweetal
timer
15:00

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taalsteun presentatie
1. Verschillen
Een verschil tussen moslims en christenen is........
2. Overeenkomsten(hetzelfde)
Een overeenkomst tussen moslims en christenen is......

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions