Evaluación: ¿qué frase es para ti?
1. Ik kan in het Spaans met de indefinido vertellen wat ik in de vakantie heb gedaan.
2. Na deze les weet ik dat ik de indefinido thuis nog een keer moet leren.
3. Ik weet weer hoe ik de futuro en de condicional moet vervoegen.
4. Thuis moet ik de futuro en de condiconal nog een keer herhalen
5. Mijn woordenschat om Spaans te spreken in het mondeling is goed