communicatie gastles E&O

Communicatie!
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
StudielessenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Communicatie!

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet jij eigenlijk
van communiceren?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbale en non-verbale communicatie


  • verbale communicatiegesproken of geschreven woorden (ongeveer 10%)

  • non-verbale communicatie:lichaamstaal en gezichtsuitdrukkingen 
(ongeveer 90%)

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

grote vraag
Hoe
kun je weten of de informatie die je hoort, leest of ziet, betrouwbaar is?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

communicatie
Je communiceert voortdurend op allerlei manieren. Drie manieren daarvan zijn:
  1. non-verbaal of verbaal
  2. eenzijdig of tweezijdig
  3. persoonlijk of massaal

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

non-verbaal of verbaal
Je lichaam spreekt met anderen: gevoelens, gedachten, houding en uitstraling zijn vaak aan de 'buitenkant' te zien. Dit is non-verbale communicatie.
Spreken of schrijven noemen we verbale communicatie

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

eenzijdig of tweezijdig
Eenzijdig = je ontvangt alleen informatie en kunt niet reageren

Tweezijdig = je bent tegelijk zender en ontvanger

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar gebruiken we media voor?
kennis en nieuws
ontspanning
contact
identiteit

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Ruis in de communicatie?

Slide 11 - Carte mentale

Wat weet je over ruis in de communicatie?
Wat zijn de eerste dingen die bij je opkomen wanneer je denkt aan het woord conflict?

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb je vaak een conflict met anderen?
ja
nee

Slide 13 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik word kwaad wanneer...

Slide 14 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik maak het meeste ruzie met...

Slide 15 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doe jij tijdens een ruzie...
Hoe reageer je...

Slide 16 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Ruzie los ik op door...

Slide 17 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Definitie conflict
= Een conflict ontstaat wanneer er een meningsverschil is, omdat twee (of meerdere) mensen iets anders willen en men niet tot een compromis komt. 

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vermijden?  
Door te communiceren, naar elkaar te luisteren
 --> tot een compromis komen

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn 2 mogelijke voordelen van een conflict?

Slide 20 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn mogelijke voordelen van een conflict?  
- Je leert je eigen grenzen beter kennen.
- Zorgen voor helderheid en duidelijkheid
- Een conflict kan een vernieuwing in een relatie te weeg brengen. 
-  Het kan als een opluchting aanvoelen. 

--> filmpje van bigbrother tussen Nawel en Peter.  

Herstellingsgesprek!  

 

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn conflicthanteringsstijlen? 
De  manieren waarop we omgaan met conflicten.  
5 soorten: 
  •  forceren
  •  problemen oplossen 
  •  vermijden 
  •  toegeven 
  •  compromis zoeken 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 23 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Elke stijl heeft voordelen en nadelen. 

  • Elke stijl heeft dus  eigen gevolgen. 
  • Een conflict kan blijven bestaan, verergeren, opgelost worden. 

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke stijl is voor jou het meeste van toepassing ?
forceren
vermijden
probleem oplossen
toegeven
compromis zoek

Slide 30 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Les afsluiten

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions