AR2_HaVw_Unit3_Lesson2+3+4

Welcome to English class!

1 / 23

Slide 1: Diapositive

EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

La durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welcome to English class!

Slide 1 - Diapositive

Learning target

To feel fully confident using Grammar and Words from Unit 3.

Slide 2 - Diapositive

Lesson plan

Revise lesson 2: Present Perfect

Revise lesson 3: Arts and crafts

Revise lesson 4: Can, could. to be able to, to be allowed to

Wrap-up lesson

Slide 3 - Diapositive

Homework

Unit 3 • lesson 4

Exercises 1, 2, 3, 4, 5,

Slide 4 - Diapositive

Lesson 2: Present perfect

Have / has + voltooid deelwoord (= past participle)

Gebruik:

> Als iets in het verleden is begonnen en nog steeds voortduurt

> Als iets in het verleden is gebeurt en de nadruk ligt vooral op het resultaat

> Als iets in het verleden is gebeurt, maar het exacte moment is niet bekend of

onbelangrijk.

Slide 5 - Diapositive

Lesson 2: Present perfect

We have lived here for three years. >> ze wonen er nog steeds

How long have you been at this school? >> hij is nog steeds op die school

Have / has + voltooid deelwoord (= past participle)

Slide 6 - Diapositive

Maak de zin af. Gebruik de Present perfect.
Schrijf de hele zin op.

Karen ... me an e-mail (to send)

Slide 7 - Question ouverte

Maak de zin af. Gebruik de Present perfect.
Schrijf de hele zin op.

Dave and Pat ... the museum. (to visit)

Slide 8 - Question ouverte

Maak de zin af. Gebruik de Present perfect.
Schrijf de hele zin op.

They ... already ... their rucksacks. (to pack)

Slide 9 - Question ouverte

Maak de zin af. Gebruik de Present perfect.
Schrijf de hele zin op.

My friends ... smoking. (to give up)

Slide 10 - Question ouverte

Lesson 3: Arts and crafts

Weet je de woorden uit het hoofdstuk nog?

Vertaal de woorden op de volgende slides.

Slide 11 - Diapositive

Vul de correcte vertaling in:
Arts and crafts

Slide 12 - Question ouverte

Vul de correcte vertaling in:
complicated

Slide 13 - Question ouverte

Vul de correcte vertaling in:
ruler

Slide 14 - Question ouverte

Vul de correcte vertaling in:
tutorial

Slide 15 - Question ouverte

Vul de correcte vertaling in:
glad maken

Slide 16 - Question ouverte

Vul de correcte vertaling in:
lijm

Slide 17 - Question ouverte

Vul de correcte vertaling in:
vastbinden

Slide 18 - Question ouverte

Vul de correcte vertaling in:
vouwen

Slide 19 - Question ouverte

Lesson 4: Can, Could, To be able to, To be allowed to.

To be able to = kunnen of in staat zijn om

To be allowed to = mogen of toestemming krijgen om

Can = mogen of mogelijk zijn

could = zou kunnen/mogen (meer beleefd dan 'Can'.

Slide 20 - Diapositive

Learning target

To feel fully confident using Grammar and Words from Unit 3.

Slide 21 - Diapositive

Homework

Unit 3 • Lesson 5 > Exercises 1 to 6.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive