Les 1

Bestuurs- en Staatsrecht 
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
RechtMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Bestuurs- en Staatsrecht 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Week 1 - Introductie Bestuursrecht
Theorie: Hoofdstuk 1
Herhaling Staats- en Bestuursrecht leerjaar 1

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Staatsrecht

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Staatsrecht 
Gaat over de organisatie van de staat: 
  • Welke overheidsinstanties er zijn (gemeente, provincie, landelijk). 
  • Bevat regels over hoe deze instanties worden gekozen of benoemd, wat hun taken én bevoegdheden zijn. 


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie kenmerken van een staat:
  1. Grondgebied - aan te wijzen op landkaart (grenzen)
  2. Inwoners - moet dus bewoond zijn
  3. Overheidsgezag - gezag over bevolking en soeverein

                                  

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Staatsvorm 
Nederland is een constitutionele monarchie: 
  • Constitutioneel omdat Nederland een grondwet heeft. 
  • Een Monarchie omdat Nederland een Koning heeft, wiens macht wordt beperkt door de grondwet. 
  • Daarnaast is er sprake van ministeriële verantwoordelijkheid. 



Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bestuursvorm
Nederland is ook een democratie:
  • inwoners kiezen de volksvertegenwoordiging, die de wetten maakt.
  • in NL kiest het volk o.a. de 2e kamer, gemeenteraad en Provinciale Staten. De 1e kamer wordt indirect gekozen door de Provinciale Staten.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hebt zojuist gelezen dat twee derde van de tweede kamer wenst dat de koning inkomstenbelasting gaat betalen. Dat is nu namelijk niet het geval. Welk artikel van de grondwet dient te worden gewijzigd, indien deze wetswijziging wordt doorgevoerd?

Slide 11 - Question ouverte

art. 40 lid 2 GW.
Rechtsstaat 
Nederland is een rechtsstaat. Een rechtsstaat heeft de volgende kenmerken: 
  1. legaliteitsbeginsel
  2. onafhankelijke rechters
  3. scheiding der machten
  4. grondrechten voor de burgers 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grondrechten (art. 1 / t/m 23 GW)
Beperken de macht van de overheid én geven de inwoners juist fundamentele vrijheden en grondrechten, bijvoorbeeld: 

  • Recht op gelijke behandeling, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van godsdienst, recht op eerbiediging persoonlijke levenssfeer, etc. 

De vrijheden zijn niet absoluut: een burger kan niet onbeperkt zijn gang gaan. Mag bijvoorbeeld niet leiden tot verstoring van de openbare orde. 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grondrechten
Klassiek grondrecht
Sociaal grondrecht
art. 1-17 GW
art. 18-23 GW
beschermt tegen inmenging overheid
geeft een opdracht aan overheid om zaken te regelen
afdwingbaar bij de rechter
meestal niet afdwingbaar
vrijheids- en gelijkheidsrechten
economische, sociale en culturele rechten

Slide 14 - Diapositive

Let op: soms is sociaal grondrecht wel afdwingbaar --> Urgenda vs de Staat

Klimaatactivistische organisatie Urgenda vond dat door NL mensenrechten werden geschonden door het falen van regeringen om de uitstoot te verminderen en klimaatverandering te voorkomen.

In zijn arrest bevestigde de Hoge Raad dat de Nederlandse regering verantwoordelijk was voor het beheer van de kooldioxide-uitstoot voor het land en verplicht was de mensenrechten te beschermen
klassiek grondrecht
sociaal grondrecht
vrijheid van meningsuiting
gelijke behandeling
onaantastbaarheid van het lichaam
zorg voor onderwijs
bevorderen van de volksgezondheid
zorg voor sociale zekerheid
recht van betoging
vrijheid van godsdienst
zorg voor leefmilieu
zorg voor werkgelegenheid

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bestuursrecht

Slide 18 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Bestuursrecht 
Valt onder het publiekrecht. Regelt dus de juridische verhouding tussen burgers/rechtspersonen en de overheid. Overheid heeft daarnaast exclusieve bevoegdheden (die burgers dus niet hebben). 

Beschrijft hoe de overheid haar bestuurstaak moet uitoefenen. Belangrijk is dat daarmee het algemeen belang wordt behartigd. Denk aan: dijken aanleggen, studiefinanciering verlenen, belasting heffen, etc. 

Rechtsbronnen zijn: Algemene wet Bestuursrecht en bijzondere wetten.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat staat in het bestuursrecht centraal?



A
besluiten van burgers
B
besluiten van burgers en overheid
C
besluiten van de overheid

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedenk zelf eens een voorbeeld waarin de overheid een bestuursrechtelijk besluit neemt dat op jou van toepassing is.

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions