Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Hoofdstuk 3 De overheid
Slide 1 - Diapositive
De overheid
De overheid bestaat uit 3 lagen:
- Centrale overheid/Rijksoverheid
- Lokale overheid (provincies)
- Lokale overheid (gemeente)
- Overheidsinstanties met een bepaalde taak (waterschappen, de SVB, het CBR)
Slide 2 - Diapositive
Taken van de overheid
De overheid heeft 3 taken:
- wetgevende taak: maken van wetten (1e en 2e Kamer)
- bestuurlijke taak: uitvoeren van wetten (overheidsinstanties)
- rechtsprekende taak: onafhankelijke rechters passen en toetsen de wetten (Openbare Ministerie en rechtbanken)
- Trias Politica: de scheiding van deze 3 taken door ze bij verschillende instanties neer te leggen.
Slide 3 - Diapositive
Landelijke overheid
De Staten-Generaal (de 1e en 2e Kamer) heeft 2 taken:
- beleid van de regering controleren (plannen en doelen van de regering door vragen te stellen aan een minister of staatssecretaris)
- maken van nieuwe wetten (indienen van een wetsvoorstel die eerst door de 2e en dan 1e Kamer aangenomen moeten worden)
Slide 4 - Diapositive
Regering
De regering heeft 2 taken:
- wetgevende taak (samen met de Staten Generaal nieuwe wetten maken)
- bestuurlijke taak (zorgen voor veiligheid, werkgelegenheid, milieu, huisvesting etc.). Het coalitieakkoord is een voorbeeld van de bestuurlijke taak. Daar staan alle plannen en doelen van het kabinet voor de hele regeerperiode.
Slide 5 - Diapositive
Provincie
De provinciale overheid: Nederland heeft 12 provinciale overheden. Het provinciehuis staat in de hoofdstad van elke provincie. Het bestuur bestaat uit 3 organen:
- Provinciale Staten: vertegenwoordigen de bevolking van een provincie, controleert Gedeputeerde Staten en maakt de wetten
- Gedeputeerde Staten: besturen de provincie (vergelijkbaar met de regering). Ze worden benoemd door de Prov.Staten.
Slide 6 - Diapositive
Provincie (vervolg)
- Commissaris van de Koning: de voorzitter van Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten. Hij wordt benoemd door de regering en is het visitekaartje van een provincie.
- Met de provinciale verkiezingen worden ook de leden van de 1e Kamer gekozen
Slide 7 - Diapositive
Gemeente
Nederland telt 380 gemeenten. Een gemeente bestaat uit:
- Gemeenteraad: vertegenwoordigt de bewoners van een gemeente, controleert het beleid van het College B&W en maakt de wetten (APV).
- College van B&W: bestaat uit de burgermeester en wethouders, bestuurt de gemeente en maakt het beleid (plannen en doelen).
Slide 8 - Diapositive
Gemeente
- Burgermeester: voorzitter van de gemeenteraad en het college van B&W. Hij wordt door de regering benoemd en is het visitekaartje van een gemeente.
Slide 9 - Diapositive
Autonomie en medebewind
Autonomie: provincie en gemeente kunnen zelfstadig beslissen over hun beleid. Het geldt niet voor alle beleidsterreinen, allen daar waar vanuit de centrale overheid geen regels over gemaakt zijn.
Medebewind: provincie en gemeente voeren taken uit de ze opgelegd zijn door de centrale overheid.
Slide 10 - Diapositive
Europese Unie (EU)
De EU telt 27 lidstaten (landen). De samenwerking tussen deze landen is gebaseerd op een verdrag (contract tussen de staten). Als lidstaat geef je een deel van je autonomie weg aan de Europese instellingen (organisatie die door het verdrag zijn ingesteld).
Slide 11 - Diapositive
EU (vervolg)
De EU kent de volgende instanties:
- Europese Raad: staatshoofden en regeringsleiders overleggen over het Europees beleid
- Raad van Ministers: Europese wetgeving en begroting worden door ministers uit alle lidstaten besproken
- Europese Commissie: het dagelijks bestuur van de EU, maken van Europese wetsvoorstellen. Per lidstaat 1 Eurocommissaris.
Slide 12 - Diapositive
EU (vervolg)
- Europees Parlement: volksvertegenwoordigers van alle lidstaten. In totaal telt het EP 705 leden. Het EP bespreekt Europese wetsvoorstellen en bepaalt of het aangenomen wordt, controleert het EU beleid en bepaalt de begroting
- Europese Rekenkamer: controleert de uitgaves van de EU.
-Hof van Justitie: alle EU burgers, bedrijven, lidstaten en instellingen kunnen hun geschil bij het Hof indienen. De uitspraken van Hof gelden in alle EU lidstaten.