miljoenen miljarden
1 / 29
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Hoe spreek je dit getal uit?
A
B
C
D
Slide 3 - Quiz
Schrijf dit getal in cijfers! (geen punt maar spatie)
Slide 4 - Question ouverte
Schrijf dit getal in cijfers! (spatie)
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Welk getal staat hier.
1 decimaal na de komma
........ miljoen
Slide 11 - Question ouverte
Welk getal staat hier.
2 decimalen na de komma
........ miljoen
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Wat is goed?
In Amsterdam wonen ongeveer
900 000 mensen.
In Amsterdam wonen ongeveer
900 000 mensen.
A
9 miljoen
B
0,9 miljoen
Slide 16 - Quiz
Wat staat hier?
0,25 miljoen
0,25 miljoen
A
250 000
B
2 500 000
C
25 000
D
2 500
Slide 17 - Quiz
Wat is goed?
250 000 000
250 000 000
A
2,5 miljoen
B
0,2 miljard
C
0,25 miljard
D
0,025 miljard
Slide 18 - Quiz
0,8 miljoen - 25 000 =
A
775 000
B
1 miljoen
C
1,5 miljoen
D
2,1 miljoen
Slide 19 - Quiz
2 miljoen - 500
A
1.500.000
B
199.500
C
1.999.500
D
1.900.500
Slide 20 - Quiz
1 miljoen + 3 miljard
Slide 21 - Question ouverte
500.000 minder dan 2 miljoen
A
1.500.000
B
15.000.000
C
150.000
D
1.500.000.000
Slide 22 - Quiz
Wat is het meest?
A
3 miljoen
B
30.000
Slide 23 - Quiz
Wat is het meest?
A
4 miljoen
B
40.000.000
Slide 24 - Quiz
Wat is het meest?
A
Half miljoen
B
5.000.000
Slide 25 - Quiz
Wat is het meest?
A
0,2 miljard
B
2.200.000
