Hartfalen

Hartfalen
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hartfalen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Welk groot bloedvat vertrekt uit de rechterkamer van het hart?

A
De bovenste holle ader
B
De aorta
C
De longslagader
D
De longader

Slide 3 - Quiz

Tijdens welke fase pomp het hart bloed in de slagaders?

A
Tijdens de systole
B
Tijdens de diastole
C
Zowel tijdens de systole als diastole
D
Dat is verschillend per harthelft

Slide 4 - Quiz

Wat is de kleine bloedsomloop?

A
B
In dit gedeelte van de bloedsomloop wordt lymfe opgenomen in het bloed.
C
Via de kleine bloedsomloop wordt bloed naar de darmen gepompt. Daar worden voedingsstoffen opgenomen in het bloed.
D
In de kleine bloedsomloop stroomt bloed van de boezems naar de kamers.

Slide 5 - Quiz

In welke ruimte ligt de sinusknoop?
A
In het linker atrium
B
In de linker ventrikel
C
In het rechter atrium
D
In de rechter ventrikel

Slide 6 - Quiz

In welk gedeelte van het hart is de wand het dikst?
A
Linkerboezem
B
Linkerkamer
C
Rechterboezem
D
Rechterkamer

Slide 7 - Quiz

Hartfalen links
Hartfalen rechts
Hartfalen rechts
Hartfalen rechts
Hartfalen rechts
Hartfalen links
Hartfalen links
Hartfalen links

Slide 8 - Question de remorquage

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

waardoor kan bestaand hartfalen plotseling verergeren?
A
pneumonie
B
hyperglycemie
C
uitdroging
D
allergie

Slide 19 - Quiz

Wat is de centraal veneuze druk?
A
De bloeddruk in de longaders
B
De kracht waarmee het hart de aders leegzuigt
C
De bloeddruk in de holle aders
D
de kracht waarmee het hart de kleppen opent

Slide 20 - Quiz

Acties lichaam hartfalen

Slide 21 - Carte mentale

Wat is een voorbeeld van chronische overbelasting van het hart?
A
Een longembolie
B
Een ziekte aan de hartspier
C
Lekkende kleppen
D
Longontsteking

Slide 22 - Quiz

Wat is hypertrofie van het hart?

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Hoe behandel je longoedeem?

Slide 27 - Question ouverte

Welk medicijn verlaagt de bloeddruk door het tegengaan van vasoconstrictie?
A
Bètablokkers
B
Diuretica
C
Bloedverdunners
D
ACE remmers

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Diapositive