Stevigheid en beweging, klas 3

Thema 5 Stevigheid en beweging
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 35 min

Éléments de cette leçon

Thema 5 Stevigheid en beweging

Slide 1 - Diapositive

Welke functie van het skelet zie je het beste terug bij de schedel?
A
Het skelet geeft vorm aan het lichaam
B
Het skelet beschermt kwetsbare organen
C
Het skelet maakt het lichaam stevig
D
Het skelet zorgt dat het lichaam kan bewegen

Slide 2 - Quiz

Goed of fout , het skelet geef stevigheid, vorm, beweging en bescherming
A
Goed
B
fout

Slide 3 - Quiz

Welke functies heeft ons skelet?
A
Vormgeven, bescherming en stevigheid
B
Vormgeven, stevigheid en beweging
C
Beweging, vormgeven, stevigheid en bescherming
D
het skelet heeft geen functie

Slide 4 - Quiz

Wat is de functie van de tussenwervelschijven? (meerdere antwoorden)
A
Schokdemper
B
Geeft stevigheid
C
Aanmaak van bloedcellen
D
Maken beweging mogelijk

Slide 5 - Quiz

Wat is de functie van gewrichtssmeer?
A
Het houdt de botten stevig
B
het zorgt dat botten soepel kunnen bewegen
C
het is tegen slijtage van de botten
D
geeft vorm aan de botten

Slide 6 - Quiz

Lees de tekst ‘Nieuwe heup’.

Over welke functie van het skelet gaat het in de tekst?
A
bescherming van organen
B
beweging mogelijk maken
C
stevigheid geven aan het lichaam
D
vorm geven aan het lichaam

Slide 7 - Quiz


Wat is GEEN functie van ons skelet?
A
Het skelet maakt je lichaam stevig
B
Je skelet zorgt ervoor dat we kunnen denken
C
Het skelet beschermt organen
D
Het skelet zorgt ervoor dat je kunt bewegen

Slide 8 - Quiz

Kraakbeen zorgt ervoor dat
A
een gewricht kan bewegen
B
het bot niet zo snel slijt en botten soepel kunnen bewegen
C
een bot stijf is
D
stevigheid van een gewricht

Slide 9 - Quiz

Wat is de functie van gewrichtbanden?
A
soepel bewegen van het gewricht
B
houdt de 2 botten bij elkaar
C
zorgt voor extra stevigheid van het gewricht

Slide 10 - Quiz

schedel
Schouderblad
Opperarmbeen
Heupbeen
ribben
ellepijp
spaakbeen
lendenwervels
halswervels
dijbeen
knieschijf
scheenbeen
Kuitbeen
sleutelbeen

Slide 11 - Question de remorquage

In de afbeelding hiernaast staat het skelet van de mens weergegeven. Een aantal botten staat aangegeven met cijfers.
Sleep de namen van de botten (linkerkant) naar het juiste cijfer.
7
5
6
8
9
10
1
2
3
4
dijbeen
lendenwervel
schouderblad
knieschijf
borstwervel
scheenbeen
heiligbeen
staartbeen
borstbeen
heupbeen

Slide 12 - Question de remorquage

Bevat veel lijmstof
Bevat weinig lijmstof
Bevat veel kalk
Is buigzaam
Bevat weinig kalk
Beenweefsel
Kraakbeenweefsel
Geeft stevigheid

Slide 13 - Question de remorquage

Kogel-
gewricht

scharnier-
gewricht
rol-
gewricht

Slide 14 - Question de remorquage

timer
0:30
spier
spierbundel
pees
spiervezel

Slide 15 - Question de remorquage

Bestaat een baby skelet uit meer botten als een volwassen skelet?

Slide 16 - Question ouverte

Waarom heeft het skelet als functie beschermen
timer
1:00

Slide 17 - Question ouverte

Hoe heet het deel van het skelet dat hier is afgebeeld?

Slide 18 - Question ouverte

Tijdens een warming-up worden de spieren warmer en krijgen ze meer zuurstof.

Wat is het voordeel van meer zuurstof voor de spieren?

Slide 19 - Question ouverte

Twee verschillende blessures aan de spieren zijn kneuzing en verzwikking.
Een verschil tussen een kneuzing en een verzwikking is dat een verzwikking van binnenuit ontstaat en een kneuzing van buitenaf. Leg dit uit.

Slide 20 - Question ouverte