Herhalen Woordenschat 4BB

Woordenschat
t
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Woordenschat
t

Slide 1 - Diapositive

Hoe vind je de betekenis van een onbekend woord?

Slide 2 - Question ouverte

woord(raad)strategie
Een woordraadstrategie is een handige manier om achter de betekenis van een woord te komen.

Slide 3 - Diapositive

woordstrategie 1
Kijk of er een synoniem in de tekst staat. Weet je nog wat een synoniem is?

Slide 4 - Diapositive

Woordraadstrategie synoniem
Zoek naar een synoniem: een ander woord met dezelfde betekenis.
  • exact - precies
  • vreemde snuiter - rare snijboon - zonderling

Vaak vind je als je even verder leest in de tekst een synoniem voor een moeilijk woord dat je niet weet.

Slide 5 - Diapositive

woordstrategie 2
Kijk of er in de tekst een omschrijving of een definitie van het woord staat.

Slide 6 - Diapositive

Woordraadstrategie omschrijving:
De schrijver geeft al een omschrijving (definitie) van het woord.

  • Mijn oma is geholpen aan staar, een aandoening waarbij de lens is vertroebeld.
  • Misofonie, mensen die zich ergeren aan bepaalde, op zich onschuldige, geluiden, zoals luid ademen en harde muziek uit oordopjes.

Slide 7 - Diapositive

woordstrategie 3
Kijk of er een voorbeeld van het woord in de tekst staat.

Slide 8 - Diapositive

Woordraadstrategie: een voorbeeld zoeken:
Soms staan er in een tekst voorbeelden om onbekende woorden uit te leggen. Je weet dan meteen wat de schrijver bedoelt.
  • Bij een voorbeeld vind je vaak de volgende woorden: bijvoorbeeld, zo is er..., zoals, denk maar aan..., neem
  • Ook een dubbele punt kan aangeven dat er voorbeelden volgen: 'zij houden van balsporten: voetbal, volleybal, korfbal.'


Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld
'parkeergarage'
 
Het woord is een samenstelling van 'parkeer' en 'garage'

parkeergarage is dus een garage om in te parkeren...




Slide 10 - Diapositive

woordstrategie 4
Kijk of er een tegenstelling in de tekst staat. Weet je nog wat een tegenstelling is?

Slide 11 - Diapositive

Woordraadstrategie tegenstelling vinden:
  • Tegenstellingen zijn woorden die elkaars tegenovergestelde zijn.

  • Als je een onbekend woord tegenkomt, kun je soms de betekenis begrijpen doordat er in de tekst een tegenstelling staat.

  • Zoek je een tegenstelling? Let dan op de volgende woorden: maar, echter, toch, daarentegen.
Bijvoorbeeld:
Goedkoop - duur
begrijpelijk - onbegrijpelijk

Slide 12 - Diapositive

woordstrategie 5
Kijk of je een gedeelte van het woord kent.

Slide 13 - Diapositive

Woordraadstrategie bekend woorddeel:

Soms kun je de betekenis van een onbekend woord begrijpen doordat je al een deel van het woord kent. Zulke woorden noemen je samenstellingen. 

Bijvoorbeeld:

  • Lolbroek
  • Kletskous
  • Internetverslaafde

Slide 14 - Diapositive

Wat is de juiste betekenis van het woord citeren?

Je moet de zin citeren uit alinea drie, waaruit blijkt wat de hoofdgedachte is.
A
ontleden
B
letterlijk overschrijven
C
vertalen
D
overslaan

Slide 15 - Quiz

Welke woordstrategie heb je bij de vorige vraag gebruikt?
A
zoek naar een voorbeeld
B
zoek een bekend woorddeel
C
zoek naar een synoniem
D
zoek een tegenstelling

Slide 16 - Quiz

Is de onderstaande zin een tegenstelling?
Ik houd van spruitjes, maar mijn broertje vindt ze ontzettend vies.
A
juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Staat er in de onderstaande zin een voorbeeld?
Jordan houdt van Mexicaans eten. Denk dan aan gevulde tortilla's, bonen met rijst en guacamole.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Maartje bereidt haar examen heel systematisch voor, terwijl Christa erg wanordelijk te werk gaat.

Wat is de betekenis van systematisch?
A
rommelig
B
slim
C
ordelijk
D
chaotisch

Slide 19 - Quiz

Wat betekent 'iets uit je duim zuigen'?

Slide 20 - Carte mentale

Noa en Tessa verschillen van standpunt. Zij hebben beide een andere ......
A
voorwaarde
B
toelichting
C
oplossing
D
mening

Slide 21 - Quiz

Wat betekent 'hij is de laan uitgestuurd'?
A
hij is ontslagen
B
hij is uit de klas gestuurd
C
hij is uit de straat gestuurd
D
hij is uit het stadion gestuurd

Slide 22 - Quiz

Geef een voorbeeld van
- iets wat recent is

Slide 23 - Question ouverte

‘Scherpere prijzen maken fitnesscentra toegankelijker voor lage inkomensgroepen.’

Wat betekent scherpere in deze zin?
A
erg hoge
B
normale
C
erg lage

Slide 24 - Quiz

Wat is 'snel op je tenen getrapt zijn'?

Slide 25 - Carte mentale

In welke zin is het woord contrast goed gebruikt?
A
De koper van de woning ondertekende het contrast bij de notaris.
B
Het contrast tussen lichte en donkere kleuren is goed te zien op deze foto.

Slide 26 - Quiz

Schatzoekers vinden échte schat tussen nepmunten

Bij een schatzoekwedstrijd zaterdag in het Gelderse plaatsje Wilp heeft een van de deelnemers een echte schat aangetroffen. Hij vond tientallen munten die waarschijnlijk meer dan 200 jaar oud zijn. Hij was eigenlijk op zoek naar munten die door de organisatie verstopt waren, maar hij vond muntjes die wel heel erg oud leken. Volgens de organisator van de wedstrijd gingen ruim 200 schatzoekers op pad met metaaldetectors. Terwijl ze de weilanden afzochten met het apparaat, kwamen de oude penningen tevoorschijn. 'Het is heel uitzonderlijk dat er zoveel munten op één plek worden gevonden,' zegt de organisator. 'Helemaal omdat het land natuurlijk elk jaar wordt omgeploegd, is het heel bijzonder.'
Naar: www.rtlnieuws.nl, 2 nov 2014

Slide 27 - Diapositive

In de tekst staat aangetroffen. Wat betekent ‘aantreffen’ in deze tekst?

Slide 28 - Question ouverte

Het woord metaaldetectors bestaat uit twee woorden. Leg uit wat metaaldetectors zijn.

Slide 29 - Question ouverte

Noteer een synoniem van penningen (en bedenk hoe dit woord in de tekst is gebruikt).
A
metalen
B
magneetjes
C
munten

Slide 30 - Quiz

Wat moet je nog meer leren voor je PTA Toets woordenschat, naast H1 t/m H4 woordenschat?

Slide 31 - Question ouverte