3.2 Het ontstaan van de arabische wereld

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 1

Afsluiting

Van wanneer tot wanneer is de tijd van monniken en ridders?

Wie was de leider van het Frankische rijk?

1. De adel
2. Karel de Grote
3. de monnik

Aan wie leende Karel de Grote zijn land uit?

1. graaf en hertog
2. monnik en ridder
3. zijn familie
4. priesters

Heer 

Horigen 

Adel

moesten herendiensten doen

Wie verspreidde het christendom in het Frankische rijk?

1. Karel de Grote
2. De adel
3. monniken
4. horigen

Maak opdracht 5 en 6 op blz. 93.

Maak opdracht 7,8 en 9 

vanaf blz. 94

Afsluiting

Hoe worden aanhangers van de islam genoemd?

1. Christenen
2. Joden
3. Moslims
4. Mohamedanen

Hoe heet het heilige boek in de islam?

1. De bijbel
2. De koran
3. De thora
4. De krant

Hoe heet een islamitisch gebedshuis?

1. Synagoge
2. Kerk
3. Tempel
4. Moskee

Waar verhuisde Mohammed naartoe?

1. Mekka
2. Medina
3. Rabat
4. Amsterdam

Om welk gebouw werd een moskee gebouwd?

1. Pilaar
2. Kaaba
3. Koran
4. Pyramide

Sleep het juiste antwoord 

Mohammed

Profeet

Allah

de Koran

de Islam

het Christendom

Jezus

de Bijbel

de thora

Leider

God

Mohammed verhuisde omdat hij zich onveilig voelde.

hij verhuisde van                      naar         

Mekka 

Medina

Jeruzalem

Hoe heten de islamitische leiders na de dood van Mohamed?

1. Kaliefen
2. Profeten
3. Leiders
4. Koningen

Wat deden de kaliefen om de Arabische wereld te vergroten?

1. Mensen bekeren
2. Veroveren
3. Bidden
4. Praten

Welke stad was naast Mekka en Medina ook belangrijk voor de moslims?

1. Rabat
2. Amsterdam
3. Jeruzalem
4. Al Aqsa

Wat moesten de joden en christenen doen als zij in het Arabische rijk woonden?

1. Bekeren naar de islam
2. Bidden
3. Extra belasting betalen
4. Verhuizen

Huiswerk donderdag 16-1

Leren t/m paragraaf 3.2 (dus paragraaf 3.1 én 3.2)

Let op: Donderdag 23 januari -> toets H3