H5 - 5.2 Huisinstallatie

Welkom in de les
Vandaag:
  • terugblik
  • lesdoelen 5.2 de Huisinstallatie
  • Uitleg 5.2
  • maken opgave uit het boek 
  • afsluiting les

 


1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom in de les
Vandaag:
  • terugblik
  • lesdoelen 5.2 de Huisinstallatie
  • Uitleg 5.2
  • maken opgave uit het boek 
  • afsluiting les

 


Slide 1 - Diapositive

Vragen 5.1

Slide 2 - Diapositive

Terugblik

Slide 3 - Diapositive

Je hebt een oven die in totaal 550 J nodig heeft. Hiervan wordt 300 J omgezet in nuttige warmte. Bereken het rendement met de 4 stappen.

Slide 4 - Question ouverte

Opdracht
G: Etot = 550 J, Enut = 300 J
G: 
1. Formule (Binas tabel 10): 
2. 300 J en 550 J
3. 300/550 x 100%=
4. 54,5%

Slide 5 - Diapositive

5.2 - Je leert
  • verschillende onderdelen van de elektrische huisinstallatie en hun functie noemen;
  • uitleggen hoe de huisinstallatie je beschermt tegen de gevaren van elektriciteit.

Slide 6 - Diapositive

Meterkast
Via de hoofdkabel komt de elektrische energie van een energiebedrijf in het huis.

Energiemeter/kWH-meter meet de hoeveelheid energie in huis 

Huisinstallatie is opgedeeld in groepen. 
Groep= bestaat uit draden, verdeeldozen, stopcontacten, schakelaars, lichtpunten.  De ruimtes in huis zijn onderverdeeld in verschillende groepen. 

Slide 7 - Diapositive

Via hoofdkabel komt de stroom het huis binnen
1
De kWh-meter meet de hoeveelheid energie
2
Een groep bestaat uit een aantal stopcontacten, lampen en schakelaars
3
Zorgen voor de veiligheid!
4

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Dit draad gaat naar een stopcontact en een lamp. Hierop staat geen spanning.
A
Fasedraad
B
Nuldraad
C
Aardedraad
D
Schakeldraad

Slide 10 - Quiz

Welke kleur heeft een aardedraad?
A
Bruin
B
Blauw
C
Groen
D
Zwart

Slide 11 - Quiz

Dit draad gaat van een schakelaar naar een lamp. Hierop staat spanning als een lamp aanstaat.
A
Fasedraad
B
Nuldraad
C
Aardedraad
D
Schakeldraad

Slide 12 - Quiz

Brandgevaar
2 mogelijke oorzaken van brandgevaar

Slide 13 - Diapositive

1. Overbelasting
Stroom per groep mag niet meer dan 16A zijn. 

Teveel apparaten = te veel stroom
door kabel = kabel wordt warm = 
brandgevaar

Slide 14 - Diapositive

2. Kortsluiting:
Bij kortsluiting loopt de stroom direct terug naar de spanningsbron. Dus niet via een apparaat. 
Plus en mindraad maken direct contact met elkaar. >16A brand

Slide 15 - Diapositive

Kortsluiting of overbelasting?
A
Kortsluiting
B
Overbelasting

Slide 16 - Quiz

Kortsluiting of overbelasting?
A
Kortsluiting
B
Overbelasting

Slide 17 - Quiz

Wat zorgt ervoor dat er 
niets gebeurt bij 
overbelasting of kortsluiting?

Slide 18 - Diapositive

Zekering/smeltveiligheid

Slide 19 - Diapositive

Zekering of smeltveiligheid
maximaal 16 A

Slide 20 - Diapositive

elektronische zekering oftwel automaat

Slide 21 - Diapositive

Zekering
  • Iedere groep is beveiligd met een zekering.
  • Zekering= een beveiliging die bij een stroomsterkte groter dan 16A de stroomkring onderbreekt.
  • Als de zekering uitspringt dat is er een te grote stroom ontstaan in de groep. Er staan dan teveel apparaten aan.
  • Je wilt de Ampère van elk apparaat bij elkaar optellen en ervoor zorgen dat dit onder de 16A blijft.

Slide 22 - Diapositive

Een zekering beveiligt tegen
A
overbelasting
B
kortsluiting
C
Brand
D
overbelasting en kortsluiting

Slide 23 - Quiz

In een groep staat een lamp van 3 A aan. Een wasmachine van 12A. Bas wilt zijn mobiel opladen, die heeft 1,2A nodig. Kan dit?
A
Nee, de zekering zal aanslaan.
B
Ja, de apparaten worden wel alleen heel warm.
C
Ja, er is niks aan de hand.
D
Geen idee

Slide 24 - Quiz

Aanrakingsgevaar
Elektrische stroom:
1e gevaar is brand
2e gevaar is aanrakingsgevaar

Op een snoer of apparaat kan spanning staan waardoor je een schok kan krijgen. 
Lekstroom= stroom die via jou (via statische elektriciteit) naar de grond gaat en op deze manier de stroomkring verlaat

Slide 25 - Diapositive

Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar is een apparaat dat de ingaande stroom vergelijkt met de uitgaande stroom. Als deze niet gelijk zijn aan elkaar ‘lekt’ er ergens stroom naar de aarde. Wanneer dit gebeurt, schakelt de aardlekschakelaar de groepen in huis uit.

Slide 26 - Diapositive

Aardlekschakelaar 

Slide 27 - Diapositive

Enkele isolatie

Slide 28 - Diapositive

Dubbele isolatie

Slide 29 - Diapositive

Wat schakelt de stroomtoevoer af als er teveel stroom verloren gaat?
A
Zekering
B
Aardlekschakelaar
C
Groep
D
Overbelasting

Slide 30 - Quiz

Randaarde
Randaarde = extra draad in een snoer die de metalen buiten van een apparaat verbindt met de aarde
Hierdoor ben je beveiligd tegen aanrakingsgevaar bij een groep

Slide 31 - Diapositive

Randaarde
Aan de stekker kan je zien of een apparaat voorzien is van een randaarde.

Zie de figuren -->

De metalenbuitenkant wordt rechtstreeks verbonden met de aarde (extra beveiliging)

Slide 32 - Diapositive

Dubbel geïsoleerd
Veel apparaten zijn dubbel geïsoleerd. 

Dubbel geïsoleerd= als een apparaat aan de buitenkant van plastic/kunststof is gemaakt, maar de binnenkant is wel elektrisch gescheiden van de buitenkant.

Aangegeven met het volgende symbool:



Slide 33 - Diapositive

Aan de slag!
Lezen §5.2 uit je boek

Maak de opgaven van par. 5.2






Slide 34 - Diapositive

Wat weet je al???

Slide 35 - Diapositive

Wat doet een aardlekschakelaar
A
Schakelaar die iets uit of aan zet.
B
Schakelt de stroom uit van een groep zodra er ergens stoom lekt.
C
Daarmee kan je meten hoeveel stroom er in de aarde zit.
D
Alle antwoorden zijn goed.

Slide 36 - Quiz

Er is een zekering doorgeslagen, wat is een mogelijke oorzaak?
A
overbelasting
B
Piet zit aan de aardleiding
C
kapotte lamp
D
de nul draad is kapot

Slide 37 - Quiz

Dit is het symbool van
A
enkele isolatie
B
elektriciteitssnoer
C
dubbele isolatie
D
meterkast

Slide 38 - Quiz

Bij kortsluiting wordt de stroom afgesloten door
A
niemand
B
zekering
C
aardlekschakelaar
D
aarderail

Slide 39 - Quiz

Je kunt nu ...
  • verschillende onderdelen van de elektrische huisinstallatie en hun functie noemen;
  • uitleggen hoe de huisinstallatie je beschermt tegen de gevaren van elektriciteit.




Slide 40 - Diapositive

Ja, dat kan ik!
😒🙁😐🙂😃

Slide 41 - Sondage