Check opdrachten oppervlakte en inhoud

Wat
is de
oppervlakte?
A
35
B
300
C
60
D
70
1 / 30
suivant
Slide 1: Quiz

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Wat
is de
oppervlakte?
A
35
B
300
C
60
D
70

Slide 1 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oppervlakte?
A
(84m)2
B
(840m)2
C
(8400m)2
D
(84000m)2

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bereken de oppervlakte
van driehoek DEF.
De oppervlakte :
A
6 x 4 : 2 = 12 cm2
B
6 x 4 : 4 = 6 cm2
C
6 x 4 = 24 cm2
D
5 x 3 = 15 cm

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oppervlakte =
A
12cm2
B
20cm2
C
10cm2
D
24cm2

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de oppervlakte van de cirkel?De oppervlakte van een cirkel bereken je met:
oppervlakte = 3,14 × straal2
A
7,07 dm²
B
1,77 dm²
C
0,71 m²
D
4,71 dm²

Slide 5 - Quiz

De oppervlakte van een cirkel is pi x straal x straal. Vergeet niet eerst de diameter om te rekenen naar de straal.

Bereken de oppervlakte van de voorkant van dit prisma.
A
56cm2
B
70cm2
C
28cm2
D
44cm2

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de oppervlakte?
A
30
B
24
C
36
D
geen idee

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bereken de oppervlakte
van de bus met:
diameter = 11 cm en
hoogte = 20 cm
1
Omtrek grondvlak = pi x diameter .      
2
Oppervlakte grondvlak = pi x r2     
3
Oppervlakte cilindermantel    
= lengte x breedte
4
Tel oppervlaktes bij elkaar.      

A
881,2cm2
B
786,2cm2
C
691,2cm2
D
220cm2

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


inhoud prisma =  
opp grondvlak x hoogte 
Welk vlak is het grondvlak?
A
ABDE
B
BECF
C
ABC
D
ADFC

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de inhoud van deze balk in dm3?





Wat is de inhoud van deze balk in m³



A
0,3
B
300 000
C
3000
D
300

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions



Wat is de inhoud?
A
3 cm³
B
4 cm³
C
12 cm³
D
36 cm³

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de inhoud van de kegel?
A
15 x 15 x 20 = 4500 cm^3
B
7,5 x 7,5 x 20 = 1125 cm^3
C
15 x 15 x 20 x pi : 3 = 4712,3 cm^3
D
7,5 x 7,5 x pi x 20 : 3 = 1178,1 cm^3

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de inhoud
van deze piramide?
A
2160
B
1080
C
720
D
1311

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bereken de inhoud van de kegel.
A
125cm3
B
392,6cm3
C
98,2cm3
D
32,7cm3

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oppervlakte?

A
π x 10 x 10 = 314
B
π x 20 = 62,8
C
π x 5 x 5 = 78,5
D
π x 10 = 31,4

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de inhoud?
A
12 liter
B
72 liter
C
24 liter
D
36 liter

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

OPPERVLAKTE

Wat is de oppervlakte van dit appartement
in vierkante meters?​
A
39,4m2
B
65m2
C
130m2
D
213m2

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

4.2: Oppervlakte
Ik kan de oppervlakte berekenen van een figuur:
A
Ja kan ik: blokjes tellen of lengte x breedte
B
Ja ik denk het wel, geen vragen hierover
C
Ik vind het lastig, ik heb hier vragen over
D
Ik snap het niet, leg het me uit

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is de oppervlakte?
A

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de inhoud van
deze cilinder
A
829
B
415
C
2488
D
9953

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De vergrotingsfactor voor de oppervlakte is 4. Wat is de oppervlakte van het grote vierkant?
A
36cm²
B
9cm²
C
36cm
D
9cm

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bereken de oppervlakte van deze prisma (inclusief de onderkant).
A
68.4
B
84.3
C
61.8
D
91.8

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bereken de oppervlakte
van driehoek DEF.
De oppervlakte :
A
0.5 x 6 x 4 = 12 cm2
B
0.5 x 0.5 x 6 x 4 = 6 cm2
C
6 x 4 = 24 cm2
D
5 x 3 = 15 cm

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de oppervlakte?
A
35 cm
B
17,5 cm2
C
35 cm2
D
12 cm

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oppervlakte?

A
42 x 33 = 1 386
B
42 x 40 = 1 680
C
42 x 33 : 2 = 693
D
33 x 40 = 1 320

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de oppervlakte?
A
16
B
24
C
32
D
48

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de oppervlakte?

A
132 dm2
B
958 dm2
C
1056 dm2
D
1111 dm2

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bereken je de oppervlakte van deze cilinder?
A
opp bovenkant+opp onderkant+opp mantel(rechthoek)
B
straal² x pi x 3

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is de oppervlakte van een driehoek
de helft van de oppervlakte van een rechthoek?
A
ja
B
nee

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bereken de oppervlakte
van driehoek ABC.
De oppervlakte :
A
4 x 3 = 12 cm2
B
4 x 3 : 2 = 6 cm2
C
3 x 2 : 2 = 3 cm2
D
2 x 4 x 3 = 24 cm2

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions