BS4: Kruisingen

BS4: Kruisingen
Inhoud les:
Na deze les kun je door middel van kruisingsschema's het genotype en fenotype van de nakomelingen voorspellen

- Uitleg kruisingsschema maken
(video en opdracht klassikaal oefenen)
- maken opdr. 34
Huiswerk: t/m opdr. 39
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

BS4: Kruisingen
Inhoud les:
Na deze les kun je door middel van kruisingsschema's het genotype en fenotype van de nakomelingen voorspellen

- Uitleg kruisingsschema maken
(video en opdracht klassikaal oefenen)
- maken opdr. 34
Huiswerk: t/m opdr. 39

Slide 1 - Diapositive

Uitleg kruisingen

Slide 2 - Diapositive

Stap 1: bedenk wat de genotypen en fenotypen van de ouders zijn.

Stap 2: bedenk welke genen in de geslachtscellen van de ouders kunnen voorkomen

Stap 3: stel vast welke genotype en fenotype de nakomelingen kunnen hebben --> F1


Stap 4: stel vast welk genotype en fenotype de dieren in de F2 kunnen hebben.

Slide 3 - Diapositive

Labradors
Bij labradors is het gen voor een zwarte vacht (A) dominant over het gen voor een gele (blonde) vacht (a).
Een zwartharig vrouwtje (homozygoot) paart met een geelharig mannetje.

Slide 4 - Diapositive

Een kruisingsschema maken
Een zwartharig vrouwtje (homozygoot) paart met een geelharig mannetje.

Slide 5 - Diapositive

Labradors
Bij labradors is het gen voor een zwarte vacht (A) dominant over het gen voor een gele (blonde) vacht (a).
Een zwartharig vrouwtje (homozygoot) paart met een geelharig mannetje.

Slide 6 - Diapositive

Een kruisingsschema maken
F1 x F1

Slide 7 - Diapositive

Een voorbeeld
Iemand, die in staat is zijn tong op te rollen is in het bezit van het allel R. Een jongen die zijn tong niet kan oprollen heeft ouders die dit wel kunnen. 

Wat is het genotype van deze persoon (de zoon)?
Wat is het genotype van de ouders?

 

Slide 8 - Diapositive

Zelf oefenen
Stel ik kruis een zwarte labarador (AA) met een blonde (aa).

1) Welke eigenschap is dominant?
2) Maak het kruisingsschema voor F1
3) Welke kleur(en) hebben de pups?

Snap je het al? Probeer dan:
4) Maak het kruisingsvierkant voor F2



Slide 9 - Diapositive

Kruising
Opschrijven (uitwerken) van een kruising

Stap 1:
Begin met ouders.
Geef je aan met: P
Vul fenotype en genotype in.

Slide 10 - Diapositive

Kruising
Stap 2:
Vul geslachtscellen in. 

Stap 3:
Maak een kruisingsvierkant voor nakomelingen (F1).
Bepaal uitkomst met kans.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Upload hier de foto van het kruisingsschema met de antwoorden

Slide 14 - Question ouverte

opdr. 31 t/m 33 klassikaal doornemen

Slide 15 - Diapositive

Huiswerk
maken t/m opdr. 39

Slide 16 - Diapositive