LJ1 - SO 4.1 t/m 4.3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Biologie

SO 4.1 t/m 4.3

Sleepvragen

Baby's zijn erg flexibel. Dit komt omdat het skelet vooral uit kraakbeenweefsel bestaat. Bij het ouder worden verandert de samenstelling van het bot. Maak de zinnen kloppend.

Bij baby’s bestaat het skelet vooral uit ......

Tijdens de groei verandert het meeste kraakbeen in .....

Bij het ouder worden neemt de hoeveelheid ........ in de botten af.

en de hoeveelheid ...... neemt toe bij ouderen.

Kraakbeenweefsel

Bot

Collageen

Kalk

In de afbeelding zijn verschillende delen van het gewricht genummerd.

Sleep de juiste namen naar de genummerde gewrichtsdelen.

Nummer 1

Nummer 2

Nummer 3

Nummer 4

Nummer 5

Nummer 6

Kraakbeenlaagje

Gewrichtskom

Gewrichtskogel

Gewrichtskapsel

Kapselband

Gewrichtssmeer

Open vragen

In de afbeelding zijn verschillende delen van het lichaam genummerd. Noteer de namen van de genummerde lichaamsdelen.

In afbeelding 1 zie je een röntgenfoto van de romp.

Noteer de namen van de genummerde botten.

In de afbeelding zie je een röntgenfoto van schedelbeenderen.

Noteer de namen van de genummerde botten.

Welke 4 functies heeft het skelet?

Maak de zinnen kloppend.
...... geeft stevigheid aan de botten.

Maak de zinnen kloppend.
...... zorgt voor de buigzaamheid.

In afbeelding 1 zijn verschillende soorten gewrichten genummerd.

Noteer de juiste namen bij de juiste nummers.
Nummer 4 HOEFT NIET!!

In afbeelding 2 zie je een röntgenfoto van de heup.
Maak de zinnen kloppend.

In afbeelding 2 is een ........
te zien. Dit gewricht kan ....... maken.

Meerkeuze vragen

Welke lichaamsdeel is GEEN onderdeel van de ledematen?

1. Bovenbeen
2. Hand
3. Ribben
4. Voet

Welk lichaamsdeel is GEEN onderdeel van de romp

1. Bekken
2. Dijbeen
3. Ruggenwervel

Welk lichaamsdeel is Geen onderdeel van het hoofd?

1. Bovenkaak
2. Halswervel
3. Schadel

In afbeelding 1 zie je botten van een onderarm.

Bij welke functie van het skelet spelen de vingerkootjes een rol?

1. Het skelet beschermt tere organen
2. Het skelet geeft vorm aan het lichaam
3. Het skelet maakt beweging mogelijk
4. Het skelet zorgt ervoor dat je rechtop kunt staan

In afbeelding 2 zie je een wervel van een walvis. Een deel is aangegeven met de letter P. Aan deel P zitten de rugspieren vast.

Bij welke functie van het skelet speelt het deel dat is aangegeven met P een rol?

1. Het skelet beschermt tere organen
2. Het skelet geeft vorm aan het lichaam
3. Het skelet maakt beweging mogelijk
4. Het skelet zorgt ervoor dat je rechtop kunt staan

Been is buigzamer dan kraakbeen.

1. Juist
2. Onjuist

Als je een botje in een vlam houdt, dan verbrandt een deel van het bot. Als je het botje daarna buigt breekt het gemakkelijk.

Welk deel van het bot verbrandt?

1. De lijmstof
2. De kalk

Welke lichaamsdeel bestaat NIET uit kraakbeen?

1. Dijbeen
2. Neus
3. Oorschelp
4. Tussen de wervels van de wervelkolom

Van twee varkens wordt bepaald hoeveel lijmstof een rib bevat. De rib van varken P blijkt veel meer lijmstof te bevatten dan de rib van varken Q.

Welk varken is het oudst?

1. Varken P
2. Varken Q

Welke van de aangegeven delen hebben als functie de botten soepel ten opzichte van elkaar te laten bewegen?

1. 2
2. 3
3. 5
4. 6

Welke van de aangegeven delen hebben als functie de botten op hun plaats te houden?

1. 1
2. 2
3. 4
4. 5

Bij welke gewricht in afbeelding 1 is er beweging in alle richting mogelijk?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 5

Einde SO

Controleer of je alle vragen hebt beantwoord. Wil je niks meer aanpassen of toevoegen, dan lever je de toets in.