herhaling h3

herhaling ch3
les geven door:summer
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

herhaling ch3
les geven door:summer

Slide 1 - Diapositive

intro
1-> 3 vragen over de woorden f/n
2-> uitleg over ce/cet/cette/ces
3-> 3 vragen over de uitleg
4->uitleg over verbes pouvoir et vouloir
5-> 3 opdrachten over de uitleg
6->afsluitende vraag

Slide 2 - Diapositive

wat is faire les courses
A
het hangt er vanaf
B
boodschappen doen
C
het stripboek
D
misschien

Slide 3 - Quiz

wat is devant in het nederlands

Slide 4 - Question ouverte

wat is de appel in het frans
A
le jeu
B
le propre
C
la appleu
D
la pomme

Slide 5 - Quiz

uitleg over ce/ces/cette/cet
het betekent die of dat
ce-> dat gebruik je bij mannelijk enkelvoud
ces-> dat gebruik je als het meervoud is
cette-> dat gebruik je bij vrouwelijk enkelvoud
cet -> dat gebruik je als het mannelijk is en het volgende woord begint met een h/a/e/u/o/i 

Slide 6 - Diapositive

Vous achetez ____ jupe noire?

Slide 7 - Question ouverte

Non, je préfère ____pantalon gris.

Slide 8 - Question ouverte

J'aime bien____ T-shirt blanc aussi.

Slide 9 - Question ouverte

vouloir - willen
je veux - ik wil
tu veux - jij wilt
il/elle veut - hij/zij wil
on veut - wij willen
nous voulons - wij willen
vous voulez - jullie willen/u wilt
ils/elles veulent - zij willen

Slide 10 - Diapositive

pouvoir - kunnen/mogen
je peux - ik kan/mag
tu peux - jij kunt/mag
il/elle peut - hij/zij kan/mag
on peut - wij kunnen/mogen
nous pouvons - wij kunnen/mogen
vous pouvez - jullie kunnen/mogen / u kunt/mag
ils/elles peuvent - zij kunnen/mogen

Slide 11 - Diapositive

vertaal naar het frans;
jij wil
A
je veux
B
je peux
C
tu veux
D
tu peul

Slide 12 - Quiz

vertaal naar het nederlands
jullie kunnen/mogen
A
ils/elles peuvent
B
vous pouvez
C
il elle veut
D
on veut

Slide 13 - Quiz

vertaal naar nederlands
nous voulons

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Diapositive