Lesson 27

Lesson 27
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Lesson 27

Slide 1 - Diapositive

In today's lesson
- Reading
- Uitleg en oefenen adverbs en adjectives

Slide 2 - Diapositive

Goal of this lesson:
Weten/kunnen we:
- Wat het verschil is tussen een adverd en een adjective
- Een zin maken met een adverb en een adjective

Slide 3 - Diapositive

Plein half uur lezen
Ravi, Ameera, Demi, Sidra, Iris, Lexi, Dylana, Luuk P, Renske, Fenna, Daan, Luuk B

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Adjectives (bijv. naamwoorden)
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

He is a slow walker.
My mother has a loud voice.

Slide 8 - Diapositive

Engels zelfstandig naamwoord
(noun)

Slide 9 - Carte mentale

Adverbs (bijwoorden)
Een bijwoord zegt iets over een werkwoord.

He walked slowly.
My mother talked loudly.

Slide 10 - Diapositive

Adverbs (bijwoorden)
Sommige bijwoorden krijgen geen -ly
fast --> fast
easy --> easily
good --> well

Slide 11 - Diapositive

Engels werkwoord
(verb)

Slide 12 - Carte mentale

Do you see the difference?

Slide 13 - Diapositive

Adjectives

loud
slow
dangerous
bad
easy

Adverbs

loudly
slowly
dangerously
badly
easily

Slide 14 - Diapositive

"The teacher talks slowly."
Waar zegt het woord slowly iets over?

Slide 15 - Question ouverte

"That's a dangerous road."
Waar zegt dangerous iets over?

Slide 16 - Question ouverte

She drives very dangerously.
Waar zegt dangerously iets over?

Slide 17 - Question ouverte

"They sing beautifully."
Waar zegt beautifully iets over?

Slide 18 - Question ouverte

"I just bought a beautiful dress."
Waar zegt beautiful iets over?

Slide 19 - Question ouverte

sing-beautiful

Slide 20 - Diapositive

cook-bad

Slide 21 - Diapositive

Make a sentence

Slide 22 - Carte mentale

shout-loud

Slide 23 - Diapositive

Make a sentence

Slide 24 - Carte mentale

help-quick

Slide 25 - Diapositive

Make a sentence

Slide 26 - Carte mentale

Let op!
Als het woord iets over deze werkwoorden zegt:
smell
feel
hear
look
taste
dan is het geen bijwoord maar een bijvoeglijk naamwoord!

Slide 27 - Diapositive

Let op!
Sommige bijwoorden zijn niet met -ly

fast --> fast
good --> well

Slide 28 - Diapositive

Pak je laptop

Slide 29 - Diapositive

Goal of this lesson:
Weten/kunnen we:
- Wat het verschil is tussen een adverd en een adjective
- Een zin maken met een adverb en een adjective

Slide 30 - Diapositive

Is het leerdoel behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Sondage