Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Nederlands
Welkom 4TB!
Voorbereiding op de les:
- Lesboek + schrift op tafel
- Huiswerk open op tafel: bladzijde 60-61
- Telefoon in de tas
- Zitten volgens plattegrond
- Inloggen LessonUp
Slide 1 - Diapositive
Opmerking huiswerk
Herhaling
Theorie
Gezamenlijke opdrachten
Zelfstandig werken
Afsluiting
PLANNING
Slide 2 - Diapositive
DOEL
- je weet wat een samengestelde zin is
- je weet hoe je meerdere persoonsvormen vindt in samengestelde zinnen
Slide 3 - Diapositive
Herhalingsvragen:
1. Wat is een samenstelling?
2. Wanneer schrijven we een komma?
3. Hoe weten we of een voltooid deelwoord eindigt op een -d of -t?
4. Mag je wou en wouden schrijven?
5. Hoe kun je de persoonsvorm in een zin vinden?
Herhaling
Slide 4 - Diapositive
Hoofdstuk 2 - Taalverzorging
Paragraaf 1: woorden aan elkaar of los schrijven
Paragraaf 2: werkwoorden in samengestelde zinnen
Paragraaf 3: samengestelde zinnen maken
Slide 5 - Diapositive
Hoeveel persoonsvormen staan er volgens jou in de volgende zin? Leg je antwoord uit.
Een van deze twee antwoorden:
- 1 persoonsvorm, namelijk maait, want als je de zin in de verleden tijd zet, verandert alleen maait. (Het woord niet is een ontkenning.)
- 2 persoonsvormen, namelijk maait en niet, want als je de zin in de verleden tijd zet veranderen ze beide. (Het woord niet is een vorm van het werkwoord nieten.)
Startopdracht
Bladzijde
62
Een maaimachine maait en een nietmachine niet.
Slide 6 - Diapositive
Zinnen met meerdere persoonsvormen
Je kunt zinnen samenvoegen tot een samengestelde zin.
Roy legt een som uit.
Alice doet een proefje.
Roy legt een som uit en Alice doet een proefje.
Deze zin heeft twee persoonsvormen namelijk legt en doet.
Slide 7 - Diapositive
Noteer de juiste vorm van de werkwoorden die tussen haakjes staan in je schrift.
1. Mijn zus ... (geloven) dat ik morgen tafeltenniskampioen ... (worden).
2. Afgelopen voorjaar ... (fietsen) we elk weekend naar een weiland waar toen schapen met lammetjes ... (grazen).
3. Nadat vorig jaar zomer onze schuur ... (instorten), ... (besluiten) de buren hun schuur ook niet meer te gebruiken.
4. De conciërge ... (controleren) of hij alle deuren ... (hebben) afgesloten.
Opdracht
timer
5:00
Slide 8 - Diapositive
Wat: Maak opdracht 5 op bladzijde 63
Hoe:Je mag op fluisterniveau overleggen met degene die naast je zit.
Hulp:Schema werkwoordspelling op bladzijde 209.
Tijd:5 minuten. Daarna kijken we het na.
Aan de slag
Klaar?
Maak opdracht 1 t/m 4
timer
8:00
Slide 9 - Diapositive
Zelfstandig werken
Wat: opdracht 1 tot en met 4
Hoe: overleggen op fluisterniveau
Hulp: schema werkwoordspelling
Tijd: tot de laatste vijf minuten
Klaar? Oefen in de online trainer met taalverzorging of begin met een samenvatting te maken.
Slide 10 - Diapositive
Je weet wat een samengestelde zin is
Je weet hoe je meerdere persoonsvormen vindt in samengestelde zinnen