Deponentia in het Latijn

Lesdoel
Je kunt uitleggen wat deponentia zijn en verschillende vormen van het deponens herkennen.

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Lesdoel
Je kunt uitleggen wat deponentia zijn en verschillende vormen van het deponens herkennen.

Slide 1 - Diapositive

Lesplanning
1) nakijken huiswerk
2) uitleg Deponentia
3) zelf werken

Slide 2 - Diapositive

Mandatum IV hb blz. 139 (oneven)

Mandatum VI hb blz. 140 (oneven)
Hw: leren rijtjes passieve vormen (176-179)

Slide 3 - Diapositive

Deponentia in het Latijn

Slide 4 - Diapositive

deponens
- meervoud: deponentia
- werkwoord met passieve uitgangen, maar actieve betekenis
- wel actieve vorm: ppa, pfa en inf fut act
- ppp: altijd actief, soms ook gelijktijdig ipv voortijdig
- vervoeging per stamgroep gelijk aan normale werkwoorden
- te herkennen aan uitgang -(r)i (woordenlijst) of -or (woordenboek)

Slide 5 - Diapositive

deponens of niet?
Op de volgende slides staat steeds een woord in de vorm waarin het in de woordenlijst of het woordenboek staat. De vraag is steeds: is dit een deponens of niet?

Slide 6 - Diapositive

despero, desperare
A
ja
B
nee
C
dat kun je zo niet zien
D
dit is geen werkwoord

Slide 7 - Quiz

loquor, loqui
A
ja
B
nee
C
dat kun je zo niet zien
D
dit is geen werkwoord

Slide 8 - Quiz

munitor, munitoris
A
ja
B
nee
C
dat kun je zo niet zien
D
dit is geen werkwoord

Slide 9 - Quiz

mirari
A
ja
B
nee
C
dat kun je zo niet zien
D
dit is geen werkwoord

Slide 10 - Quiz

sequi
A
ja
B
nee
C
dat kun je zo niet zien
D
dit is geen werkwoord

Slide 11 - Quiz

extrahere
A
ja
B
nee
C
dat kun je zo niet zien
D
dit is geen werkwoord

Slide 12 - Quiz

merere
A
ja
B
nee
C
dat kun je zo niet zien
D
dit is geen werkwoord

Slide 13 - Quiz

vertaling deponens
  • Een deponens heeft een actieve betekenis
  • De tijdskenmerken en de kenmerken van de coniunctivus zijn hetzelfde als bij (het passief van) gewone werkwoorden
  • de voltooide tijden bestaan uit een part. perf. en een vorm van esse

Slide 14 - Diapositive

voorbeelden
hortari = aansporen
hortor = ik spoor aan (praesens)
hortabar = ik spoorde aan (imperfectum)
hortabor = ik zal aansporen (futurum)
hortatus sum = ik heb aangespoord (perfectum)
hortatus eram = ik had aangespoord (plusquamperfectum)
hortatur ero = ik zal aangespoord hebben (futurum exactum)

Slide 15 - Diapositive

Vertaal:
hortati sunt

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal:
hortabimini

Slide 17 - Question ouverte

Vertaal:
hortabaris

Slide 18 - Question ouverte

vertaal:
hortati erimus

Slide 19 - Question ouverte

Zet in de coniunctivus
Op de volgende slides staat steeds een indicativus. Zet deze in de overeenkomende coniunctivus-vorm. Persoon, getal en tijd blijven hetzelfde. Voorbeeld:
hortamur --> hortemur

Slide 20 - Diapositive

hortamini

Slide 21 - Question ouverte

hortabatur

Slide 22 - Question ouverte

hortati erant

Slide 23 - Question ouverte

vereor

Slide 24 - Question ouverte

loquor (mk-stam)

Slide 25 - Question ouverte


😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage