H7.4 pH-berekeningen

H7.4 pH berekenen
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H7.4 pH berekenen

Slide 1 - Diapositive


Er wordt 2,0 mol magnesiumchloride opgelost in 0,25 L water. Wat is de molariteit van de oplossing?
 2,0 mol magnesiumchloride opgelost in 0,25 L water. Wat is de molariteit van de oplossing?
molariteit = mol per liter  dus 2,0 mol / 0,25 L = 8,0 M
A
2,0 M
B
4,0 M
C
6,0 M
D
8,0 M

Slide 2 - Quiz

Wat is de molariteit van de oplossing als je 9,42 gram glucose oplost tot 2,5 L
C6H12O6
A
45,5 M
B
0,073 M
C
0,021 M
D
Ik heb geen idee!!

Slide 3 - Quiz


Ik heb een oplossing van een kleurstof in water met een bepaalde molariteit. 
Proef II: Ik schenk  50 mL van de oplossing weg. Wat gebeurt er met de molariteit?
A
De molariteit blijft gelijk
B
De molariteit wordt groter
C
De molariteit wordt kleiner
D
Dat kun je niet weten

Slide 4 - Quiz

leerdoelen
  • Je kan de volgende begrippen definiëren: pH, logaritme.
  • Je kunt de pH van een oplossing in het juiste aantal significante cijfers berekenen als de [H+] is gegeven.
  • Je kunt de [H+] in een oplossing in het juiste aantal significante cijfers berekenen als de pH is gegeven.
  • Je kan met een gegeven context pH berekeningen uitvoeren van sterke zuren.

Slide 5 - Diapositive

Veel te brede spreiding

Een goed sterke oplossing van salpeterzuur kan wel 10 M zijn:
   [H+] = 10 M
Neutraal betekend dus:
  [H+] = 1,0·10-7 M
0,75 M natronloog is dus:
  [H+] = 1,3·10-14 M


15 machten
van tien verschil

Slide 6 - Diapositive

Logaritmische spreiding
Veel handiger zou zijn als we per macht van 10 verschil gaan tellen. Dan is het verschil tussen bijvoorbeeld 10 M en 0,010 M niet 9,99, maar 3
Dan is het verschil tussen bijvoorbeeld
 1,0 M en 1,0·10-14 M slechts 14
Een logaritmische schaal dus



Slide 7 - Diapositive

pH berekenen
Als we bijvoorbeeld nemen: pH ~ log [H+]
dan zouden lage concentraties H3O+ negatieve pH waarden hebben. 

Hierom is de pH gedefinieerd als:





Slide 8 - Diapositive

Concentratie berekenen


Om de [H+] te berekenen uit de pH moet je dus het omgekeerde hebben van de log:

Slide 9 - Diapositive

Significantie bij pH
Bij pH-berekeningen gelden afwijkende regels voor significantie:

Het aantal significante cijfers van de concentratie zijn de decimalen van de pH!
[H+] = 2,5 x 10-4 pH = - log 2,5 x 10-4 = 3,60

Slide 10 - Diapositive

pH berekening sterk zuur

Wat is de pH van een 0,047 M zoutzuur oplossing?
Stappenplan pH-berekeningen:
  1. Reactievergelijking noteren.
  2. Bereken de chemische hoeveelheid H+.
  3. Bereken [H+].
  4. Bereken de pH = - log [H+].
  5. Controleer significantie.

Slide 11 - Diapositive

Antwoord

Slide 12 - Diapositive

Wat is de pH van 0,54 M HCl

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de pH van een zoutzuuroplossing
van 0,030 M

Slide 14 - Question ouverte

Je verdunt een fles gootsteen-ontstopper van pH 12, 1000x met water. Wat wordt de pH?

Slide 15 - Question ouverte


Wat is de pH van 2,4. mol H3O+ in 400 ml?
104

Slide 16 - Question ouverte

Bereken de pH bij de
volgende [H+]

Slide 17 - Question ouverte

Bereken de pH van een oplossing met pH=5,5 die 10x wordt verdund.

Slide 18 - Question ouverte

Kunsttranen 2016-II-3

Een bepaald soort kunsttranen wordt gemaakt uit een mengsel dat voornamelijk uit water en een klein beetje carbomeer bestaat. Dit mengsel heeft echter een te hoge concentratie H+ ionen (pH= 3,7) om in de ogen te druppelen. Daarom is aan het mengsel ook natriumhydroxide toegevoegd, zodat de pH van de kunsttranen gelijk is aan de pH van natuurlijk traanvocht (pH= 7,3).

Bereken de [H+] in een vloeistof met pH= 3,7.

Slide 19 - Question ouverte

Examenopgaves
Examenopdrachten HAVO maken
  • pH Bodemtest
  • Beitsen en verzinken
  • Rijden op mierenzuur
  • Vruchtenwijn maken
  • Bromide in grondwater
  • Rodekoolsap






Slide 20 - Diapositive

Huiswerk
Maak de volgende opdrachten:
Leer HS7.4 (blz. 210-213)
Maak de vragen 37 t/m 48 (blz. 214-215)
Kijk de opdrachten goed na, wanneer je ze gemaakt hebt.
Maak een notitie van de vragen die je niet snapte of waarvan je meer uitleg wil hebben in de huiswerkregistratie.
Deze behandelen we de volgende les.

Slide 21 - Diapositive

Evaluatie leerdoelen
  • Je kan de volgende begrippen definiëren: pH, logaritme.
  • Je kunt de pH van een oplossing in het juiste aantal significante cijfers berekenen als de [H+] is gegeven.
  • Je kunt de [H+] in een oplossing in het juiste aantal significante cijfers berekenen als de pH is gegeven.
  • Je kan met een gegeven context pH berekeningen uitvoeren van sterke zuren.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Vidéo