Grammatica zinsdelen H5 Les 1

Vandaag...


- Nakijken opdracht 3 (via Teams)
- Uitleg bijzinnen benoemen
- Beantwoord de tussentijdse vragen

1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Vandaag...


- Nakijken opdracht 3 (via Teams)
- Uitleg bijzinnen benoemen
- Beantwoord de tussentijdse vragen

Slide 1 - Diapositive

Grammatica herhalen
Samengestelde zin, hoe zat het ook alweer?
Beantwoord de volgende vragen:

Slide 2 - Diapositive

Dit lieve kleine meisje heeft zich nog nooit zo verschrikkelijk eenzaam gevoeld.
A
geen samengestelde zin
B
wel een samengestelde zin

Slide 3 - Quiz

Is onderstaande zin een enkelvoudige of samengestelde zin?

Ik wil graag naar huis, want ik voel me niet lekker.
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 4 - Quiz

De harde schijf die ik gisteren gekocht heb, is nu al vol.

De zin is een ...
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 5 - Quiz

Tim pakt limonade, omdat hij dorst heeft.
A
hoofdzin, hoofdzin
B
bijzin, hoofdzin
C
hoofdzin, bijzin
D
bijzin, bijzin

Slide 6 - Quiz

Ik heb buikpijn, maar ik ga toch naar school.
A
bijzin + hoofdzin
B
hoofdzin + hoofdzin
C
bijzin + bijzin
D
hoofdzin + bijzin

Slide 7 - Quiz

Stijn draagt de tas en James loopt met de hond.
A
bijzin, hoofdzin
B
bijzin, bijzin
C
hoofdzin, bijzin
D
hoofdzin, hoofdzin

Slide 8 - Quiz

Aangezien de zanger van de band problemen had met zijn stem had, moest het concert worden uitgesteld.

Wat is hier de bijzin?

A
Aangezien de zanger van de band problemen had met zijn stem had
B
moest het concert worden uitgesteld.

Slide 9 - Quiz

Grammatica bijzinnen benoemen
Nu gaan we een stapje verder...
Als je de bijzinnen goed weet te vinden, gaan we ze benoemen. Lees de volgende uitleg goed of bekijk het filmpje:

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

hoofdzin:
PV en O staan naast elkaar en kunnen niet worden gescheiden door het woord 'niet'

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Begrepen?
Even checken...

Slide 19 - Diapositive

Aangezien de zanger van de band problemen had met zijn stem had, moest het concert worden uitgesteld.

Vervang de bijzin door een woord.

Slide 20 - Question ouverte

Rosa heeft uiteindelijk precies gedaan
wat ze van jongs af aan al wilde doen.

Vervang de bijzin door een woord

Slide 21 - Question ouverte

Of hij vandaag echt wel ziek is, lijkt me zeer de vraag.

Vervang de bijzin door een woord

Slide 22 - Question ouverte

Wat is de bijzin?

Veel reizigers waren doordat het zo hard sneeuwde, op het NS-station gestrand.
A
Veel reizigers
B
op het NS-station gestrand
C
Veel reizigers waren
D
doordat het zo hard sneeuwde

Slide 23 - Quiz

Hoe benoem je de bijzin?

Veel reizigers waren doordat het zo hard sneeuwde, op het NS-station gestrand.

A
ow-zin
B
bwb-zin
C
nw.deel.-zin
D
mv-zin

Slide 24 - Quiz

Wat is de bijzin?
'Wie de hele waarheid wil kennen, moet vroeg opstaan'
A
wie wil kennen
B
de hele waarheid
C
wie de hele waarheid wil kennen
D
moet vroeg opstaan

Slide 25 - Quiz

Hoe benoem je de bijzin?
Wie de hele waarheid wil kennen, moet vroeg opstaan.
A
ow-zin
B
bwb-zin
C
lv-zin
D
nw.deel-zin

Slide 26 - Quiz

Wat is de bijzin?
'Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft zal ik extra oefeningen geven.'
A
Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft
B
Zal ik extra oefeningen geven
C
wie geen goede uitspraak heeft
D
extra oefeningen geven

Slide 27 - Quiz

Hoe benoem je de bijzin?

Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft zal ik extra oefeningen geven.

A
Ow-zin
B
Mv-zin
C
Lv-zin
D
Bwb-zin

Slide 28 - Quiz

Wat is de bijzin?
'Alle Nederlanders weten dat de Friezen een apart volk zijn.'
A
Alle Nederlanders weten
B
Alle Nederlanders weten dat
C
Dat de Friezen een apart volk zijn
D
de Friezen een apart volk zijn

Slide 29 - Quiz

Hoe benoem je de bijzin?
Alle Nederlanders weten dat de Friezen een apart volk zijn.
A
nw.deel-zin
B
bwb-zin
C
ow-zin
D
lv-zin

Slide 30 - Quiz