Wereldreligies Klas 2 * Les 1

Wereldreligies klas 2
Les 1
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
GodsdienstMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 55 min

Éléments de cette leçon

Wereldreligies klas 2
Les 1

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesplan
1-  Korte intro op het thema
 en wat we deze periode gaan doen
2- Aantekening maken
3- In filmpjes naar rituelen zoeken
4- Rituelendetective-opdracht

Slide 2 - Diapositive

Ik neem tijd om te socialiseren aan het begin van de les. Vandaar dat ik uiteindelijk op 55m uitkom.
Vorig jaar heb je de 5 grote wereldreligies besproken.
We gaan dit jaar één periode lang weer doen over het volgende:

Rituelen 
Feesten 
Overgangsriten 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkwijze
Je werkt in een boekje dat ook dient als je studiewijzer.
We eindigen deze periode met een groepsgesprek:
(klein groepje leerlingen + docent)
  • Daarin wordt je overhoord op zaken die je deze periode leert
  • laat je opdrachten die je gemaakt hebt zien
  • en hebben we een gesprek over levensmomenten die voor jou betekenisvol zijn.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke 5 religies (=geloven) hebben we vorig jaar behandeld?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar denk je aan bij
'rituelen'?

Slide 6 - Carte mentale

Kan ook mondeling
Opdracht 1
Dit is een individuele opdracht.
Schrijf op je stencil aan de hand van de uitleg de kenmerken op waar rituelen vaak aan voldoen.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een ritueel?
  1. Gebeurt op een vaste manier
  2. Het heeft een betekenis
  3. Je doet/beleeft het samen
  4. Er hoort een verhaal bij
  5. Vaak beleven mensen een emotie
  6. Rituelen hebben met levensbeschouwing
of godsdienst te maken

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 2
Je gaat kijken of je rituelen in alledaagse dingen kunt herkennen.
Dit is een groepsopdracht. 
Maak opdracht 2 via de filmpjes en je stencil.
Je mag één persoon kiezen om te noteren. 
Overleg goed met elkaar!

Slide 9 - Diapositive

Beter deze opdracht in duo's doen?
En dan de schrijver afwisselen.

Alle 6 kenmerken is wel erg veel werk. Opdracht in korten en aantal kenmerken beperken?

Wellicht één filmpje minder?

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak opdracht 3
Je kruipt in de huid van een bezoeker uit een ver land.
Je gaat als een detective uitvogelen waarom mensen soms meedoen aan (rare?) rituelen.
Lees klassikaal de opdracht.
Luister naar de korte uitleg.
Aan de slag.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sacramenten:
Doop / Doopsel
Avondmaal / Eucharistie
Belijdenis / Vormsel
Ziekenzalving

Slide 14 - Diapositive

Zelf goed de opdracht in het achterhoofd houden. De leerling moet het ritueel 'ontrafelen', jij niet. De leerling moet zelf gaan nadenken over het 'waarom' van rituelen; jij geeft dat niet weg.
Christelijke rituelen

Slide 15 - Diapositive

Mooi moment om als docent iets persoonlijks te delen.
Ook groep betrekken. Wie gaat er wel eens naar een kerk? Wat zie je daar? Wat betekent dat? Doorvragen naar christelijke rituelen die ook nog op een seculier vat hebben (iemand die wel eens bidt, een kaarsje brandt, de doden gedenkt...).
Christelijke Rituelen
Wijn - Bloed
Brood - Lichaam
Één worden met Christus
Neerdalen in water - dood
Opstijgen uit water - herleven

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tot volgende week 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je náást rituelen
nog van het christendom?

Slide 18 - Carte mentale

Deze kun je overslaan als de tijd dringt.
Christenen noemen Jezus de Messias (Christus). Wat betekent dat?
A
Leraar
B
Redder
C
God
D
Koning of Heer

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitspraak over Jezus past níet bij het christelijke geloof?
A
Jezus is God die mens is geworden
B
Jezus is onderdeel van de Drie-Eenheid
C
Jezus was geen God maar een profeet
D
Jezus was God én mens

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de belangrijkste betekenis van Jezus' kruisdood voor christenen?
A
Vergeving van zonde
B
Omgaan met verraad
C
Je leven geven voor anderen (goede voorbeeld)
D
Bidden tot Jezus kan je helpen

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk geloof heeft de meeste aanhangers?
A
Hindoeïsme en boeddhisme samen
B
Islam
C
Jodendom
D
Christendom

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke regel staat níet in de 10 geboden?
A
Niet vreemdgaan
B
Mensen gelijk behandelen
C
God aanbidden
D
Niet moorden

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions