De Eerste Wereldoorlog

De Eerste Wereldoorlog
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

De Eerste Wereldoorlog

Slide 1 - Diapositive

1.3 Revolutie in Rusland
  • Kenmerken van het Russische Rijk
  • Hoe Rusland een republiek werd
  • Hoe Rusland communistisch werd
  • Hoe de Sovjet-Unie ontstond 

Slide 2 - Diapositive

Wat is het communisme eigenlijk?
Grondleggers:
  • Karl Marx
  • Friedrich Engels
Kern v/d filosofie:
  • Extreme vorm van socialisme, privaat eigendom wordt afgeschaft. Al het kapitaal kom in handen van de overheid en die zorgt voor een eerlijke verdeling.
Aantekeningen, belangrijk voor toetsen.
Karl Marx
Friedrich Engels

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Het Russische rijk
Sterke punten:
  • grootste staat ter wereld
  • grote bevolking
  • bodemschatten

Zwakke punten:
  • weinig industrialisatie
  • 80% van bevolking was arme boer die niet of nauwelijks konden lezen
  • onderdrukking door de adel

Slide 5 - Diapositive

Rusland wordt communistisch
Tsaar
Keizer van het Russische Rijk. 

Hij was extreem rijk en had vrijwel alle macht in handen. Hij benoemde bijvoorbeeld ook de hoogste priester van de Russisch-orthodoxe kerk.

Iedereen die kritiek uitte op de Tsaar en zijn bewind kreeg lijfstraffen en/of werd verbannen naar bijvoorbeeld Siberië.
Bojaren
Adel van Rusland, groot grondeigenaren.

Hielpen de Tsaar met regeren, belasting innen en oorlog voeren.

Betaalden zelf geen belastingen.
Russisch-orthodoxe kerk
Russiche afsplitsing van de Christelijke kerk.

De hoogste kerkvorst was de patriarch van de Russisch-Orthodoxe kerk, deze werd door de Tsaar benoemd.

De kerk verkondigde dat god de Tsaar en edelen boven de gewone mensen had gesteld. Verzet tegen de Tsaar of de bojaren was dus een doodzonde (reden om in de hel te belanden na de dood).

Bourgeoisie & intellectuelen
Gegoede burgerij, rijke middenstanders. Mensen die b.v. een eigen winkel hebben of een werkplaats.
&
Hoog opgeleidde mensen, b.v. een arts, advocaat of bestuursambtenaar.
Boeren, lijfeigenen en arbeiders
Verreweg het grootste deel van de Russische bevolking hoorde bij deze groep. Zij waren erg arm en hadden geen enkele politieke inspraak/macht.

Mensen die een kleine zelfstandige boerderij hebben.

Lijfeigene zijn mensen die bij de grond horen. Ze staan niet veel hoger dan slaven, ze mogen bijvoorbeeld verkocht worden door de bojaren die de grond in eigendom hebben. Ook zijn ze verplicht om gratis arbeid te leveren.

Mensen die werken in fabrieken, werkplaatsen of boerderijen.

Slide 6 - Diapositive

Februari revolutie (1917)
oorzaken van onvrede:
  • hongersnood (veel boeren aan het front aan het vechten, landbouwgrond verloren aan Duitsland)
  • oorlogsleed (enorm veel slachtoffers en gewonden, ongeveer vier miljoen)
  • inflatie (geldontwaarding doordat de overheidsfinanciën een chaos waren) 
Oktober revolutie (1917)
oorzaken van onvrede:
  • hongersnood (er was nog steeds minder landbouwgrond en te weinig boeren)
  • oorlogsleed (de tijdelijke regering ging verder met de oorlog)
  • inflatie (geld had nog steeds lage waarde)
  • Lenin en Trotski kwamen uit ballingschap en probeerde communistische revolutie uit te lokken (probeerde in zoveel mogelijk sovjets communisten te krijgen om zo macht in handen te krijgen)
Lenin
Lenin was door de Tsaar verbannen uit Rusland, zijn communistische ideologie ging namelijk direct in tegen de macht van de Tsaar, bojaren en de kerk. De Duitse overheid gaf Lenin, na de februari revolutie, een grote som geld en vrije doortocht naar Rusland. Zij hoopte dat de terugkeer van de leider van de communistische partij de chaos in Rusland zou vergroten en zo de kracht van het russische leger zou afnemen. Ook wisten ze dat de communisten tegenstanders van de oorlog waren, als zij dus de macht zouden krijgen dan zou Rusland zich terug trekken uit de oorlog en zou Duitsland één vijand minder hebben om tegen te strijden.
inflatie
Inflatie is geldontwaarding. Dit betekent dat geld minder waard wordt. Met dezelfde hoeveel geld kun je minder spullen kopen dan daarvoor. Dit kan gebeuren door verschillende redenen. Een overheid kan bijvoorbeeld teveel geld bij laten drukken zonder dat een land meer spullen produceert, de hoeveelheid producten blijft dan gelijk maar er komt meer geld. Gevolg is dat mensen voor ieder product meer geld gaan vragen en dus geld minder waarde heeft. Ook een slecht lopende economie of chaos in de overheidsfinanciën kan ervoor zorgen dat mensen niet meer vertrouwen dat geld nog waarde heeft en daardoor treed inflatie op.

Slide 7 - Diapositive

Februari revolutie (1917)
verloop van de revolutie:
  • Op 27 februari trokken muitende soldaten naar het paleis waar de Doema vergaderde.
  • De Doema zei tegen de Tsaar dat zijn troon 'wankelde' (niet meer zeker was)
  • Legercommandanten kozen de kant v/d revolutionairen 

  • Tsaar werd afgezet en Doema vormt tijdelijke regering.
Oktober revolutie (1917)
verloop van de revolutie:
  • Op 24 Oktober bestormden gewapende bolsjewieken, gesteund door muitende soldaten, het winterpaleis.
  • Leden van de Doema werden gearresteerd en de communisten kregen de macht.
Foto Februari Revolutie
Foto van revolutionairen die lopen naar het winterpaleis.

Slide 8 - Diapositive

Februari revolutie (1917)
gevolgen van de revolutie:
  • De Doema beloofde aan Frankrijk en Engeland dat ze de oorlog tegen Duitsland zouden voortzetten.
  • Ze beloofde het volk verkiezingen en de Doema zou meer macht krijgen.
  • Lenin en Trotski (leiders bolsjewieken) konden uit ballingschap komen en terug gaan naar Rusland

Oktober revolutie (1917)
gevolgen van de revolutie:
  • Rusland werd communistisch.
  • De sovjets kregen de macht met Lenin als leider.
  • Het Russische leger trekt zich terug uit de oorlog en in 1918 wordt de vrede van Brest-Litovsk getekend.

Slide 9 - Diapositive

Sovjet-Unie
  • Lenin voert schrikbewind (geheime politie & concentratiekampen
  • eenpartijstaat
  • dictatuur

  • burgeroorlog tussen de 'rode' en de 'witte'


  • Miljoenen doden, voornamelijk door hongersnood.


  • Communisten sturen voedselbrigades, verergeren de situatie alleen maar.

Slide 10 - Diapositive