H5.3 Hoe vrij is de handel?

Nederland Handelsland
Hoofdstuk 5
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederland Handelsland
Hoofdstuk 5

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 5
5.1 Wat voeren we uit?
5.2 Europa zonder grenzen?
5.3 Hoe vrij is de handel?
5.4 De wereld is een dorp!

Slide 2 - Diapositive

5.3 hoe vrij is de handel?

Wat voeren we uit?

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:

  • waarom er handelsbelemmeringen zijn.​
  • welke handelsbelemmeringen er zijn.​
  • hoe de Europese Unie omgaat met vrijhandel.
LEERDOELEN

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Watskebeurt

Slide 6 - Diapositive

Nederlandse bedrijven moeten concurreren​

met bedrijven uit andere landen. ​  Een deel van die concurrentie komt van buiten de EU, zoals uit China of de VS.​​
Internationale concurrentie

Slide 7 - Diapositive

Protectiemaatregelen (of protectionisme of handelsbelemmeringen) zijn maatregelen die de EU neemt om de productie en werkgelegenheid van bedrijven in de EU te beschermen tegen concurrentie van buitenaf.​


Het tegenovergestelde van protectionisme is vrijhandel.
Protectiemaatregelen

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Protectiemaatregelen

Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld

Slide 11 - Diapositive

Vrijhandel
Veel mensen zijn voorstander van wereldwijde vrijhandel omdat zij verwachten dat door vrijhandel de welvaart overal kan toenemen.​
Daarom proberen landen afspraken te maken over het afschaffen van protectiemaatregelen.

Slide 12 - Diapositive

3

Slide 13 - Vidéo

Waar streeft het WTO voor?

Slide 14 - Question ouverte

Waar let het WTO op?

Slide 15 - Question ouverte

Op welke manier probeert het WTO ontwikkelingslanden te helpen?

Slide 16 - Question ouverte

WTO
De WTO (World Trade Organization = Wereld Handels Organisatie) leidt de onderhandelingen om in de wereld de vrije handel te bevorderen en afspraken te maken over het afschaffen van protectiemaatregelen. ​

Slide 17 - Diapositive

Subsidie voor boeren
Sinds een aantal jaren geeft de EU vooral subsidies aan boeren die:​
  • minder dieren per hectare houden, ​
  • meer groen aanleggen, ​
  • proberen de omgeving van het platteland te verzorgen,​
  • overschakelen op de productie van voedsel waar veel vraag naar is,​
  • innovaties doorvoeren.

Slide 18 - Diapositive

Noem drie protectiemaatregelen.

Slide 19 - Question ouverte

Wat is een ander woord voor protectionisme
A
protectiemaatregelen
B
invoerrechten
C
handelsbelemmeringen
D
handelsbevordering

Slide 20 - Quiz

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je kleding bij een bedrijf in Italië koopt?
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
Je betaalt geen invoerrechten

Slide 21 - Quiz

Invoerrechten zijn ...
A
een belasting.
B
een subsidie.

Slide 22 - Quiz

Contigentering betekent ...
A
beperking van de export van een product tot een bepaalde hoeveelheid.
B
vergroting van de import van een product tot een bepaalde hoeveelheid.
C
beperking van de import van een product tot een bepaalde hoeveelheid.

Slide 23 - Quiz

Wat hoort bij vrijhandel?
A
Contingentering
B
Exportsubsidie
C
Importheffing
D
Geen belemmeringen

Slide 24 - Quiz

wat is GEEN voorbeeld van protectie?
A
contingentering
B
uitvoerrechten
C
exportsubsidie
D
invoerrechten

Slide 25 - Quiz

Binnen de Europese Unie (EU) is er vrijhandel.
Kies welke invloed vrijhandel heeft op de concurrentie binnen de EU.
A
De concurrentie verandert niet door vrijhandel.
B
Er ontstaat meer concurrentie door vrijhandel.
C
Er ontstaat minder concurrentie door vrijhandel.

Slide 26 - Quiz

Waar staan de letters WTO voor in het Nederlands
A
Wereldorganisatie
B
Wereldhandel
C
Wereldsamenwerkings- organisatie
D
Wereldhandels- organisatie

Slide 27 - Quiz

Aan de slag
Wat: Maken paragraaf 5.3
Wie: Individueel
Hoe: Stilte (mits je een vraag hebt)
Vraag?: Stel hem eerst aan je buurman/buurvrouw
Tijd: 15 minuten

Klaar: Vraag mij voor de volgende opdracht

Slide 28 - Diapositive