Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
De opbouw van de stad of dorp
Slide 1 - Diapositive
Opbouw van de stad
- Stad heeft meerdere wijken & buurten
- Met allemaal hun eigen kenmerken
- Bouwjaar
- Grootte van het huis
- Prijs van het huis
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Sleep de afbeeldingen naar de juiste plek op de kaart
Slide 4 - Question de remorquage
Historische binnenstad of dorpskern
Oudste stuk
Binnen stadsmuren / gracht (als een plaats dat heeft)
Slide 5 - Diapositive
Arbeiderswoning (19e eeuw)
Dicht bij het centrum (daar stond ook de fabriek!)
Kleine huizen (moest goedkoop zijn!
Vaak wel tuin
Gebouwd ten tijde van industriële revolutie
Slide 6 - Diapositive
Vooroorlogse woonwijk (1901-1930)
Kenmerken:
- Statige huizen
- Grote tuinen
- Huizen zelf soms vrij klein
Slide 7 - Diapositive
Hoogbouw
Jaren '50: hoge hoogbouw (4 hoog)
Jaren '60: lage hoogbouw (3 a 4 hoog)
Jaren '70: hoge hoogbouw (10 hoog)
Idee: Hoog bouwen --> Veel ruimte over
voor groene voorzieningen (speeltuin, voetbalveld)
Slide 8 - Diapositive
Eengezinswijk (vanaf 1970)
In het begin: vrij eentonig
Tegenwoordig: meer variatie
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Aan de slag:
Bestudeer in EDU-gis goed de ouderdom van de huizen in de omliggende straten van jouw huis. Uit welke periode komt de wijk/buurt waar jij woont? Waaraan is dit te herkennen?
Verwerk hierin ook de voorbeelden die ik jullie verteld heb.